149
groter gebruik van de volledig middelbare kracht kunnen maken dan
landstreken met vele onzichtbare grenzen. In hermeten gebieden kan
de volledig middelbare kracht zeer zeker tewerkgesteld worden. Dit is
een reden te meer om de hermeling sterker uit te breiden, terwijl
bovendien door de inschakeling van de volledig middelbare kracht de
daardoor ontlaste hogere ambtenaren meer tijd en aandacht aan deze
hermetingen kunnen besteden. Dit laatste vergroot weer het arbeids
terrein van de volledig middelbare kracht. Overigens wil hiermede niet
gezegd worden, dat deze ambtenaren uitsluitend in die gebieden werk
zaam zouden kunnen zijn.
2. Hoewel het hier niet de juiste plaats is in details recrutering en
opleiding van de groep metende middelbare ambtenaren aan te geven,
wil de ondergetekende toch enkele opmerkingen hierover maken.
Voorop staat, dat het gaat om anders, breder opgeleide ambtenaren.
Een hoger salaris behoeft hieraan niet direct inhaerent te zijn voor
de gehele groep, hoewel een uitlooprang voor zeer goede krachten
wenselijk kan zijn.
Neemt men in ogenschouw dat ongeveer 1/3 van de M.T.S.-bevol-
king in het bezit is van een diploma Mulo-B, dan wordt het duidelijk,
dat ook de kadastrale dienst door een goede selectie onder bezitters
van dit diploma personen kan vinden, geschikt voor het te bekleden
ambt, waarbij vooral gelet kan worden op wiskunde-aanleg en de
geesteseigenschappen vermeld in het rapport. Uiteraard geldt dit betoog
ook voor bezitters van een diploma H.B.S.-B, eveneens 1 van het
aantal M.T.S.-leerlingen. De opleiding dient verder zodanig te zijn,
dat alle normale werkzaamheden die geen bijzondere moeilijkheden
opleveren (op technisch of administratief-juridisch gebied) door de
nieuwe ambtenaren kunnen worden verricht. Hierbij zal steeds de land
meter moeten beoordelen, of en in hoeverre deze werkzaamheden aan
de volledig middelbare kracht ter uitvoering kunnen en worden opge
dragen, onder verantwoordelijkheid van de hogere ambtenaar.
Een gedetailleerde lijst van maximale bevoegdheden acht de onder
getekende voor doorgaande ontwikkeling van dienst en personeel on
juist en moeilijk te verwezenlijken, terwijl dit een bron van conflicten
kan worden, intern en tussen verschillende diensten onderling.
De vakopleiding theoretisch en practisch van de nieuw te vor
men kracht zal enkele jaren in beslag nemen en zal er op gericht moe
ten zijn een middelbare kracht te vormen. In dit verband moge de
ondergetekende er voor waarschuwen, dat men niet uit voorzichtigheid
personeel vormt, dat qua opleiding tussen middelbaar en hoger in staat.
Zo zullen hogere geodesie, waarnemingsrekening en de wiskundige
grondslagen hiervan niet moeten behoren tot de leervakken. De middel
bare kracht is niet de landmeter, zoals deze vroeger werd opgeleid,
maar een voor het dienstvak geheel nieuwe figuur.
Tenslotte is de ondergetekende van oordeel, dat in de toekomst ook
andere kadastrale diensten verschillende van deze krachten kunnen
gebruiken, terwijl mogelijk bij de gewone dienst in beperkte mate plaats