200 hebben veelal de volgende voordelen aanleiding gegeven tot de keuze van deze methode van plaatsbepaling boven andere methoden 1. zeer eenvoudige wijze van observeren; 2. weinig tijdrovende samenstelling van het meetprogramma; 3. het verkrijgen van een goede inwendige nauwkeurigheid door het observeren van een groot aantal sterren 4. grafische, snelle vereffeningsmethode. De punten 3. en 4. vormen het onderwerp van dit artikel. Men heeft als bezwaar tegen het toepassen van de grafische ver effening bij de berekening van de geografische coördinaten uit een simultane lengte- en breedtebepaling o.a. aangevoerd, dat men op deze wijze niet in staat is de middelbare fout in de enkele waarneming te berekenen. De schrijver geeft in het onderstaande een beschrijving en een voor beeld van een methode om op een eenvoudige manier de middelbare fout in de enkele waarneming, bij toepassing van de grafische ver effening, te berekenen. Deze methode is echter niet essentieel voor de grafische vereffe ning ze kan ook toegepast worden op simultane lengte- en breedte bepalingen uit gelijke stershoogten, die tenslotte numerisch vereffend worden. In dat geval wordt de inwendige nauwkeurigheid bepaald op twee manierende verkregen waarden zijn in het algemeen niet geheel aan elkaar gelijk, omdat ze niet een geheel gelijke betekenis hebben. Voordat hierop nader wordt ingegaan zal eerst de klassieke numeri- sche vereffeningsmethode behandeld worden. De waarnemingsmethode bij het gebruik van het prisma-astrolabium bestaat uit de beoordeling van coïncidentie van twee stersbeelden. Het moment waarop dit geschiedt wordt geregistreerd of afgelezen en correspondeert met een voor alle waargenomen sterren constante hoogte h of, zoals meestal gebruikt wordt, met een zenithsafstand z. Uit de gegevens 9, A, 8j, aj en het waarnemingsmoment Ti wordt de hoogte van een ster iberekend met de formule cos Zi sin 9 sin 8 i cos 9 cos 8; cos t,. (1) Hierin stelt ti de uurhoek van de ster voor. De plaats van waarneming is meestal slechts bij benadering in geo grafische coördinaten bekend (90, A0), dus: cos z0i sin9o sin 8{ cos9„ cos Sj cos toi. (2) Door invoering van 9 9,, -)- A9, A A0 AA, z z0 Az in (1) ontstaat de uitdrukking: AA COS90 sin Ai A9 cos AAz,. (3) Hieruit wordt de figuur voor de grafische vereffening gewoonlijk samengesteld. Willen we overgaan tot de numerische vereffening, dan moet (3) gecorrigeerd worden voor de volgende verwaarlozingen

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1953 | | pagina 28