VERSCHILLENDE ONDERWERPEN
Nederlandse Landmeetkundige Federatie
267
en de waterlopen. Het kiest uit zijn midden een commissie, waarvan
het aantal leden door de ruilverkavelingsautoriteiten wordt vastgesteld
en die bij ongeschiktheid afgezet kan worden. Over het algemeen is
de samenwerking tussen ambtenaren en commissie goed.
Ruilverkaveling kan ook worden toegepast als hulpmiddel bij de uit
voering van openbare werkenuitbreidingsplannen en aanleg van rijks
wegen.
Hand- en spandiensten worden veelvuldig verricht door de eigena
ren. Kosten kunnen ook in land worden betaald. Ook sanering van
kleine en vorming van nieuwe bedrijven ten koste van de grote bedrij
ven vindt plaats. Meestal worden 4 a 5 gemeenten tegelijk verkaveld.
Over de grootte van deze gemeenten deelt de schrijver niets mede.
In Beieren wordt wel over ruilverkaveling gestemd. De stemming
vindt ongeveer op dezelfde wijze plaats als in Nederland (de afwe
zigen stemmen voor). Overigens moge ik voor Beieren verwijzen
naar hetgeen ik over het boek Flurbereinigung in Bayern in het Tijd
schrift voor K. en L. van April 1953 heb geschreven. De schrijver
concludeert op grond van zijn ervaringen tijdens zijn studiereis zeer
terecht, dat een vergelijking van de in de verschillende landen toege
paste werkwijzen niet mag leiden tot een klakkeloos overnemen van
voorschriftenJedes Land soli die seinen Eigenheiten entsprechenden
Vorschriften haben". G. F. W.
Verslag van het Dertiende Congres, gehouden op 11 en 12 Juni
1953 in het Laboratorium voor Landmeetkunde te Wageningen
De voorzitter, Prof. A. Kruidhof, heet alle aanwezigen hartelijk
welkom en kondigt aan zijn openingsrede uit te spreken na de be
handeling van het huishoudelijk gedeelte.
Het verslag van de secretaris en het financieel verslag geven geen
aanleiding tot opmerkingen en nadat de kascommissie, bestaande uit de
heren Ir. G. J. Bruins en Ir. S. Rienstra, bij monde van de laatste
verklaard heeft de bescheiden in orde te hebben bevonden, worden
de verslagen onder dankzegging aan de samenstellers goedgekeurd.
De heer Ir. J. A. C. E. van Roermund, chef van de landmeetkundige
afdeling van de Topografische Dienst, candidaat gesteld door de Ver
eniging van Civiel-landmeters en Geodetisch-ingenieurs, wordt bij ac
clamatie gekozen tot opvolger van de aftredende penningmeester,
Prof. Ir. W. Baarda. De voorzitter wenst de nieuw gekozen penning
meester geluk met zijn benoeming en stelt hem zijn voorganger als
voorbeeld. Zich vervolgens tot de scheidende penningmeester richtend,
noemt hij deze een bekwaam financier en een goed hoofdbestuurslid.