28
is niet genoeg. Er moet onderlinge samenhang zijn. Dit kan worden
verkregen door aansluiting aan Staatscoördinaten. Er zijn 140000
Staatscoördinaten in Amerika, in Michigan op afstanden van gemid
deld 25 mijl, schoorstenen, tanks, spitsen enz. Verdichting is wenselijk;
hoe meer punten, des te groter de voordelen. Door aldus afzonderlijke
metingen te coördineren kan een geheel gebied overdekt worden met
een permanente „overall survey".
Een voorbeeld De universiteit van Michigan had onlangs 267 acres
(ca. 108 ha) aangekocht voor uitbreiding. Wenselijk werd geacht een
,,500 foot grid" te verzekeren (met betonpalen verzekerde punten in
een vierkantennet van ca. 150 m). Men was benieuwd naar de kosten
van aansluiting aan het Staatsnet. Het bleek dat er minstens 7 punten
aanwezig waren van dit net op afstanden variërend van één tot vijf
mijlen. Met de „driepuntmethode" werd een punt bepaald op een dak
en door middel van dit punt en een kaarthoek werd het „grid" bepaald
in Staatscoördinaten.
Idem. Juli-Sept. 1953, blz. 289. Gebruik van landmeetkundige me
thoden en nieuwe instrumenten voor toepassing in de industrie. Een
discussie tussen experts (a panel discussion).
Constructies, b.v. van vliegtuigen, nemen in omvang toe. Ze worden
in onderdelen vervaardigd, dikwijls op ver uiteengelegen plaatsen. De
constructiematen moeten nauwkeurig worden gerealiseerd. Het blijkt
dat hiervoor methoden en instrumenten geschikt zijn, analoog aan die
gebruikt bij landmetennauwkeurige centrering, herhaling van meting,
eliminatie van instrumentfouten enz.
Journal of the Coast and Geodetic Survey. Nr. 1 (1948), het eerste
nummer van dit Amerikaanse tijdschrift, opvolger van het „Field
engineers bulletin", waarvan de publicatie in 1939 werd gestaakt we
gens de dreigende oorlog.
Blz. 3. C. A. Burmeister. Electronica bij hydrografische opmetingen.
Over plaatsbepaling van een schip t.o.v. vaste stations door terugkaat
sing aldaar van radiogolven, uitgezonden van het schip, waardoor uit
tijdsverschil tussen zenden en ontvangen de afstanden worden bepaald.
Blz. 29. Nauwkeurigheid van richten met een kijker. Uit „Tech
nisch nieuwsbulletin van „National Bureau of Standards". O.a. wordt
de invloed nagegaan van de luchtkolom tussen waarnemer en signaal.
Een signaal op een afstand van 4710 m bestond uit een snijpunt van
diagonalen van een vierkant. De waarnemer achter de kijker kon een
beweegbare vertikale liniaal ter plaatse van het signaal voor dit snijpunt
inrichten. Tevens kon hij de richting meten. Daar signaal en te richten
liniaal op dezelfde afstand van de waarnemer waren, ondergingen ze
dezelfde invloed van de luchtkolom. Er kon vergeleken worden de
nauwkeurigheid van instellen, dus zonder, en de nauwkeurigheid van
richten, dus met luchtkolom. De eerste resultaten zijn veel beter dan de
tweede en komen zeer dicht bij die van richten in een laboratorium
op korte afstand. Voor richten op verre doelen is een vergroting van