F0T0GRAMMETR1E EN KARTOGRAFIE Verbetering van de statistiek van het grondgebruik in Nederland1) Dr. D. BURGER Hzn. Hoofd van het bureau voor agrarische zaken van de Rijksdienst voor het Nationale Plan Inleiding. Aan verbetering van de statistiek van het grondgebruik in Nederland wordt reeds meer dan honderd jaar gewerkt. Bevredigend is de toe stand op dit punt echter nog steeds niet, ofschoon op kaarten, bv. de topografische chromokaart 1:25.000, en in cijfers, bv. de Gemeente lijke Jaarcijfers voor de Landbouw, waardevolle gegevens ter beschik king staan, en het Staatsbosbeheer in de jaren 1937-1947 uit de toen beschikbare kaarten en luchtfoto's een waardevolle grondgebruiks statistiek samenstelde. Aan de totstandkoming van steeds nieuwe ge gevens is en wordt zeer veel moeite besteed, doch zoals gezegd, be vredigend zijn de resultaten nog niet. Hoe moeilijk de omstandigheden zijn inzake het gebruik van onze grond is algemeen bekend, en hoe sterk de noodzaak is onze grond intensiever te gebruiken blijkt telkenmale uit mededelingen van Re geringswege in de Staten-Generaal naar aanleiding van discussies over voedselvoorziening, exportvoorziening, woningbouw, militair grond gebruik, recreatiebehoefte, over de strijdige belangen die de gemeen schap hierbij heeft, enz., enz. Inzake de voedselvoorziening streeft men zoals bekend naar een verhoging in ons land van ca. 50 in ca. 50 jaar. Ten behoeve van het zoeken naar de beste oplossingen, het inleiden van dergelijke verbeteringen van het gebruik van de grond, zijn be trouwbare gegevens betreffende het grondgebruik, gegevens, verza meld met een behoorlijke nauwkeurigheidsgraad, noodzakelijk. De beschikbare gegevens, voor zover verschijnende in de „Gemeen telijke Jaarcijfers voor de Landbouw" hebben een bepaald onvoldoende nauwkeurigheidsgraad. De activiteit van het Staatsbosbeheer in de jaren 1937-1947 met als doel aan de hand van de chromo-topografische kaart 125.000 en luchtfoto's tot een statistiek te geraken, heeft een belangrijk resultaat gehad, maarten eerste bestond er toen geen kaart 110.000, men had ten tweede niet de tegenwoordige luchtfoto's, en ten derde was het apparaat van de Topografische Dienst nog niet zo volgroeid als tegenwoordig. Verder behoeft het geen betoog, dat het 1) Dank is verschuldigd aan vakgenoten en aan diensten die hulp verleenden, in het bijzonder aan het Centraal Bureau voor de Statistiek en de Topografische Dienst. Dit artikel geeft de hoofdinhoud weer van een dienstnota van het Bureau van de Rijksdienst voor het Nationale Plan. De Directeur van dit Bureau heeft zijn toestemming verleend voor deze bewerking.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1954 | | pagina 3