116 statistiek van de hoofdgebruikswijzen, ten tweede de tussentijdse perio dieke bijwerking van de statistiek en ten derde de statistiek van speci ficaties binnen de hoofdgebruikswijzen. De statistiek van de hoofd gebruikswijzen met kaart: het basisraamwerk, blijft een zelfstandig geheel, van waarde voor het publiek. Frequentie en tijdstip van opneming. Uiteraard zal er verschil in gewenste frequentie behoren te zijn tussen de herziening van de centraal te vervaardigen statistiek der hoofdgebruikswijzen met de daarbij behorende kaart, van de door lokale personen tussentijds periodiek op te geven wijzigingen, en van de specificaties. De frequentie van de gespecificeerde opneming be hoort groter te zijn dan die van de herziening van het basisraamwerk, aangezien details sneller en veelvuldiger veranderen dan indelingen in het groot. Aansluitende aan de tegenwoordige, in ons land bestaande statistiek is het wellicht het best dat de statistiek van de wijzigingen van het hoofdgrondgebruik en van de eventuele specificaties elk jaar wordt opgemaakt. Het nauwkeurige basisraamwerk kan dan centraal eens in de ongeveer 10 jaar worden herzien, een gebruikelijke periode voor een dergelijke herziening. Aangezien echter nieuwe luchtfoto's verschijnen met een periode van 7-8 jaar, kan desgewenst de fre quentie worden opgevoerd tot eens in de 7-8 jaar. Omstandigheden zullen echter wel eens meebrengen, dat de periode op een 12 jaar uitkomt. De bepaling van de periodiciteit, ongeveer binnen genoemde grenzen, kan wellicht het best aan het beleid van de praktische uit voerder worden overgelaten. Resumerende zou de frequentie van opneming dus moeten zijn: basisraamwerk te herzien eens in de ongeveer tien jaar, bijwerken en eventuele specificaties elk jaar. De waarnemingen ten behoeve van de statistiek kan men op een grotere of kleinere oppervlakte gelijktijdig doen uitvoeren. Een voor beeld hiervan zijn de „Gemeentelijke Jaarcijfers voor de Landbouw", die in het gehele land op éénzelfde ogenblik worden verzameld. Dit is mogelijk, doordat de waarnemingen door verschillende personen worden gedaan. Ook voor ons basisraamwerk zou het wenselijk lijken 'om de waarnemingen over het gehele land gelijktijdig te doen uit voeren. Het is echter niet mogelijk het gehele land op één moment te fotograferen. We dienen genoegen te nemen met het gebruik van ge lijktijdige opnemingen per kleinere oppervlakte, nl. per luchtfotogebied, waarvan dan de bewerking per gemeente en per kaartblad verschijnt. Voor het basisraamwerk is het ook niet zo noodzakelijk over gelijk tijdige opnemingen te beschikken, aangezien er toch jaarlijkse bijwer king met voor zover nodig eventuele jaarlijkse specificaties verschij nen die over het gehele land op één moment worden verzorgd. Aan het eind van de ongeveer 10-jarige periode komt daarna correctie op de jaarlijkse bijwerking door de herziening met hoge nauwkeurigheids graad. De waarnemingen voor het basisraamwerk komen het gehele land rond in ongeveer 10 jaar, die voor de bijwerking gebeuren jaar-

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1954 | | pagina 6