[G] 177 E. Constructie voor de bepaling van de veiligheidscoëfficiënt van Reicheneder bij achterwaartse insnijding. I. I IQ'xx] I Q"tx Da _[Gi[xx]i] nQxx n Qxx {xx}n [xx]n D~ Dn waarin Gi n D i Door het weglach van de richting naar A verschuift het zwaarte punt van Zn naar Za. Ten opzichte van dit punt zouden [xx]a, Da enz. berekend moeten worden. We blijven echter werken t.o.v. het coördi natenstelsel door Z„. De coördinaten van Za zijn: I n i n i 2 [xx]\ Xb1 [xx]„X2a 2 {[x]„Xa}X Xa X (n— i) 1)2 ^Gi[xx]n~ [GiXiXi. --]j n [Gxx], t2 Langs dezelfde weg als bij de behandeling van voorwaartse rich tingen is aangegeven, komen we tot de max. en min. stand van het i n [GT']n assenstelsel <9i en 92. In deze stand is -- [G]pp7T~ Cr* ftI Y1 \n welke waarden op dezelfde wijze bepaald worden. 2. De gewichtenbepaling Gi zal iets anders moeten zijn. ft U n We gaan eerst de constructie van de punten I" en Z" na. T.o.v. Za geldt: [ï'n2] [h2 ï'c2 We vinden evenals bij [xx]a: [i'2]a= ft Evenzo vinden we: [iV']a [N]nNa, L n i ti

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1954 | | pagina 15