278 vaststellingsovereenkomst nog onbekend is. Onder de onlangs gepu bliceerde vier boeken is er echter wel een, gewijd aan het vermogens recht in het algemeen. Van groot belang is al dadelijk, dat overeen komstig de door de Tweede Kamer uitgesproken wens de overdracht van registergoederen, dus ook van onroerend goed, alsmede de vesti ging van rechten op deze goederen, slechts zullen kunnen geschieden bij notariële akte. Een uitzondering kan evenwel bij algemene maat regel van bestuur worden gemaakt, doch alleen voor overdrachten aan of door openbare lichamen of takken van overheidszorg. De uitbanning van de onderhandse koopakten valt toe te juichen, omdat daardoor de deugdelijkheid van de titels van eigendom en dus ook de rechtszekerheid zal worden bevorderd. Een oude wens van de notarissen gaat hiermee in vervullingde bijkans even oude wensen van de landmeters hebben echter weinig gehoor gevonden. Waarschijn lijk zal in hun ogen het ontwerp zelfs een stap achteruit betekenen, want het ontwerp eist niet, dat in de voor inschrijving bestemde akten de kadastrale aanduiding wordt gebezigd. De ontwerper acht dit niet nodig, omdat reeds art. 37 van de Wet op het Notarisambt de nota rissen verplicht tot vermelding van de kadastrale gegevens en voortaan vrijwel alle akten notarieel zullen zijn. Toch betekent dit m.i. wel dege lijk een wijziging en wel in het bijzonder ten aanzien van de vestiging van hypotheken. Zoals ik reeds in herinnering bracht, eist immers thans het burgerlijk wetboek zelf, dat in de akten waarbij hypotheek wordt verleend en in de borderellen de kadastrale gegevens worden opgenomen. Het ontwerp-Meijers doet alle verschillen tussen hypotheekakten en de andere akten inzake onroerend goed vervallen. Ook een hypotheek akte die geen kadastrale gegevens bevat, zal dus, als ik goed zie, moeten worden overgeschreven. Zal een dergelijk geval zich natuurlijk niet voordoen, wel zal het ook in de toekomst mogelijk zijn, dat niet de juiste nummers worden vermeld of een of meer nummers worden vergeten. Wordt thans niet in twijfel getrokken, dat een niet in de akte vermeld perceel niet kan zijn verbonden, zo zal, wordt het ontwerp tot wet, ook bij hypotheek de rechter, gelijk thans na verkoop, kunnen en moeten kiezen tussen de feitelijke omschrijving en de kadastrale kenmerken en derhalve ook aan de feitelijke omschrijving de voorkeur kunnen geven. Mij lijkt dit geenszins een verbetering. Zo zal het bv. straks wellicht niet gelukken een voorzichtig hypotheekbewaarder te bewegen tot het afgeven van een bewijs van onbezwaardheid ten aan zien van een weiland dat toebehoort aan iemand die tevens eigenaar is van een naburige boerderij die hij met hypotheek heeft bezwaard. Het is toch niet geheel onmogelijk, dat partijen ook dat weiland be schouwd hebben als te behoren bij de boerderij en dat dit dus geacht moet worden onder de hypotheek te vallen, hoewel het kadastrale nummer ervan niet in de akte van hypotheekverlening is vermeld. Daarbij komt nog, dat het ontwerp mogelijk maakt, dat men een recht van hypotheek door verjaring verkrijgt, zodat het niet geheel is uitgesloten, dat een inschrijving met verkeerde kadastrale gegevens

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1954 | | pagina 16