309
ze bij hun opleiding niet gehad hebben. Op de middelbare school heb
ben ze slechts weinig gehad, waarvan niets blijft hangen, en in Delft
wordt aan administratie niets gedaan. In de eerste jaren in de praktijk
treden de technische problemen op de voorgrond.
De heer Hoestra acht het gevaar groot, dat iemand zich een nummer
gaat voelen.
De heer Bos antwoordt hierop, dat dit in letterlijke zin waar is. Er
wordt echter vooral aandacht geschonken aan de plaats die hij straks
gaat innemen. De verantwoordelijkheid voor de kosten sluit boven
genoemd gevaar uit. Bij alles wat we gaan doen, moeten we gaan
plannen.
De heer Govers heeft spreker horen zeggen, dat het belangrijk is, dat
er een conduitestaat is. Bij het kadaster is deze geheim en wat is
sprekers oordeel hierover?
De heer Bos vindt de conduitestaat prachtig, maar het is met ge
makkelijk hem in te vullen. Niet alleen de beoordeelde, maar ook de
beoordelaar leert men er uit kennen. In de organisatie kent men de
verhoudingen. In het algemeen meent spreker, dat verzwegen moet
worden wat goed is, maar wat slecht is moet allemaal verteld worden.
Het mededelen van het kwade is belangrijker dan dat van het goede,
want de beoordeelde moet zich kunnen verdedigen.
De heer Stoorvogel vraagt, op welke wijze men te werk zou moeten
gaan om een planning te verkrijgen, waardoor men inzicht zou krijgen.
De heer Bos heeft de indruk gekregen, dat de werkzaamheden bij
het kadaster bestaan uit activiteiten waarvan men zeer moeilijk een
planning kan maken. Toch moet het niet nagelaten worden. Als een
opneming veel tijd kost, is het niet erg er iets tijd bij te doen. Eerst
moet men plannen en dan de uitkomst er naast leggen, want van de
uitkomst leert men het meest. Als het verkeerd geschat wordt, is het
niet erg. Zodra men gewend is aan plannen, zweert men er bij.
De heer Stoorvogel meent ook, dat het goed is te plannen en het
is ook uitstekend zich te confronteren met de uitkomsten.
De voorzitter dankt de heer Bos voor zijn inleiding. Het kadaster
met zijn vele vertakkingen is een groot bedrijfwij moeten de planning
ter hand nemen om tot een goede bedrijfsvoering te komen. Als hier
van iets komt, is de heer Bos de grondlegger hiervan.
h. Plaats en tijd volgende vergadering.
De heer Schuurman geeft het bestuur in overweging volgend jaar in
Deventer te vergaderen.
Dit punt wordt overgelaten aan het bestuur.
i. Rondvraag.
De voorzitter van Snellius dankt in een aardig speechje voor de uit
nodiging en vraagt nader contact.
De voorzitter beantwoordt hem.
Hierna sluit de voorzitter de vergadering.
De secretaris,
t A. J. Wijtema