312 P. de Groot is inmiddels overleden. Zijn zoon en enige erfgenaam A. de Groot betrekt in 1945 het huis op nr. 314, nadat de huurder Visser is vertrokken. Hij overweegt thans een garagebedrij f te stichten op zijn perceel en wil het oude woonhuis slopen. Bij raadpleging van de titel van aankomst in deel 320/115 bemerkt hij, dat zijn vader heeft gekocht het perceel A 122 groot 6,40 a, doch dat thans zijn perceel E 314 slechts 5,60 a groot is. Verder constateert hij uit een bij zijn eigendomsbewijs gevoegd extract plan uit 1922 en een door hem op zijn terrein uitgevoerde opmeting, dat de figuratie van zijn perceel veranderd is en dat in het bijzonder frontbreedte en diepte van zijn perceel kleiner zijn dan zij bij het kadaster stonden aangegeven in 1922. A. de Groot verzoekt nu grensuitzetting bij het kadaster en toont aan de landmeter die de meting zal verrichten zijn koopakte en het extract, daarbij opmerkend, dat sinds 1922 noch door zijn vader noch door hem iets is verkocht van hun bezit. Vraag 3. Welke grens moet de landmeter aanwijzen, speciaal wat de N.- en O.grens van het eigendom van A. de Groot betreft? Vraag 4. Welke wegen staan aan A. de Groot open, indien de land meter niet de minuutgrens aanwijst, en welke gronden zal De Groot moeten aanvoeren bij een eventuele poging zijn rechten op grond, gelegen buiten de kadastrale grenzen van perceel E 314 (na het redres), te bewijzen? Opgave 2. Tijd: 45 min. Omstreeks 1880 voerde I. Boer Hzn., een bekend landmeter die diep juridisch inzicht aan grote kennis van de kadastrale techniek paarde, een pleidooi voor een rechtsgeldig kadaster in Nederland. Later, gedurende de eerste twintig jaren van deze eeuw, maakten Boer en zijn medestanders meer propaganda voor een kadaster met bewijskracht. 1) Welke waren de redenen, dat men een ander kadastraal stelsel dan het bestaande grondbelastingkadaster van 1832 voor ons land nood zakelijk achtte? Geef in enkele punten beknopt weer waarin het nu bestaande systeem verschilt van dat waarvan Boer voorstander was. 2) Heeft Boer met zijn actie iets positiefs bereikt? Geef een beknopte uiteenzetting (dus alleen hoofdzaken noemen) van de wijze, waarop Boers ideeën zich in het Nederlandse kadaster hebben gemanifesteerd. Hierbij dient zowel aandacht te worden ge schonken aan de juridische kanten van het vraagstuk, als aan de kwestie van de hermetingstechniek.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1954 | | pagina 50