13 Ir. A. GOVERS Hoofdlandmeter van het kadaster, Utrecht De nieuwe Ruilverkavelingswet Vervolg van jaargang 1954, blz. 260) Gewijzigd is ook het bestaande artikel 17 in de nieuwe wet art. 16 dat de toewijzing van eigendom, beheer en onderhoud van de open bare wegen en waterlopen met de daartoe behorende kunstwerken regelt. Hoewel de strekking van het artikel weinig is veranderd, zijn toch de wijzigingen waard genoemd te worden. Art. 16. 1. Gedeputeerde Staten wijzen de eigendom van openbare wegen en waterlopen met de daartoe behorende kunstwerken en het beheer en het onderhoud der openbare wegen toe aan de naar hun oor deel daarvoor in aanmerking komende publiekrechtelijke lichamen. 2. Gedeputeerde Staten regelen het beheer en het onderhoud van de openbare waterlopen en kaden met de daartoe behorende kunstwerken. 3. In afwijking van het bepaalde in het eerste lid kunnen Gedepu teerde Staten de eigendom, het beheer en het onderhoud toewijzen aan een rechtspersoon, niet zijnde een openbaar lichaam, voorzover deze ook voor de ruilverkaveling de eigendom, het beheer en het onderhoud had. 4. Alvorens te besluiten horen Ged. St. de in het eerste lid bedoelde publiekrechtelijke lichamen en de in het derde lid bedoelde rechts personen. 5. De toewijzing van de eigendom, het beheer en het onderhoud ge schiedt zonder geldelijke verrekening. 6. De eigendom, het beheer en het onderhoud kunnen niet aan het Rijk worden toegewezen of onttrokken dan onder goedkeuring van ■Onze Minister van Verkeer en Waterstaat. 7. Wanneer het blok in meer dan één provincie is gelegen, komen de in dit artikel omschreven bevoegdheden toe aan Ged. St. van iedere provincie voorzoveel daarin de wegen en waterlopen zijn gelegen. In het eerste lid lezen we, dat de eigendom van openbare wegen en waterlopen met de daartoe behorende kunstwerken moet worden toe gewezen aan een publiekrechtelijk lichaam; dit lid bepaalt tevens - zulks in afwijking van de tegenwoordige regeling dat het beheer en het onderhoud van de openbare wegen ten laste komen van een publiekrechtelijk lichaam. Het beheer en het onderhoud van de openbare waterlopen en kaden met daartoe behorende kunstwerken wordt door G.S. geregeld, m.a.w. hoewel dit eveneens aan een publiekrechtelijk lichaam kan worden op gedragen, mogen ook andere lichamen of zelfs personen daarmede worden belast. Het derde lid is opgenomen omdat het volgens de tegenwoordige wet

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1955 | | pagina 15