27
Literatuuroverzicht
Cultuurtechniek. 243 blz., 17 X 24 cm. Uitgave van het Ministerie
van Landbouw, Visserij en Voedselvoorziening, Directie van de Land
bouw. Prijs 8.90, bestelbaar bij de afd. Documentatie van voornoemd
Ministerie, Bezuidenhoutseweg 89, 's-Gravenhage.
In september 1953 werd een driedaagse cursus gegeven, met daaraan
verbonden een tweedaagse excursie, door twaalf ter zake kundige
specialisten. Het doel was de gangbare moderne grondslagen van de
cultuurtechniek voor leraren van middelbare en landbouwwinterscholen
en personen uit de cultuurtechnische praktijk te behandelen.
De elf voordrachten zijn nu in boekvorm uitgegeven. De uitvoering
van dit boek is prachtig; papier, druk en foto's zijn van prima kwali
teit.
De titels der voordrachten zijn
De cultuurtechniek (historisch overzicht met cultuurtechnische perspec
tieven) door Prof. ir. F. Hellinga;
Landbouwwaterhuishouding door Ir. D. W. Stolp en Ir. J. J. Wester
hof Gzn.
Drainage, moldrainage en begreppeling door Ir. P. M. van der Sluis
Infiltratie, beregening en bevloeiing door Ir. J. Th. Smeding;
Polderinrichting door Ir. J. W. de Zeeuw;
Waterschappen op hoge gronden door Ir. J. J. Westerhof
Ruilverkaveling en herverkaveling door Ir. H. Corver;
Ruilverkaveling: resultaten en nazorg door Ir. G. J. ter Brugge
Herontginning door Ir. W. M. Otto;
De toepassing van de cultuurtechniek in de IJselmeerpolders door Ir.
W. H. van der Molen
De veenontginning in het land van Vollenhove door Ir. D. I. Luteijn.
Uitvoerige verwijzingslijsten naar literatuur zijn opgenomen.
In dit boek staan vele wetenswaardigheden voor hen die met de
cultuurtechniek in aanraking komen. Over het algemeen is de stof
duidelijk en overzichtelijk behandeld.
„Over het algemeen", want helaas maakt één hoofdstuk op die regel
een uitzondering, nl. dat over „Ruilverkaveling en herverkaveling".
In zijn inleidende beschouwing schrijft Prof. Hellinga: „Ruilverkave
ling in geperfectioneerde vorm acht men de cultuurtechnische maat
regel voor de toekomst". Het is te betreuren, dat één van de twaalf
„apostelen" er niet in is geslaagd een geperfectioneerde vorm aan zijn
opstel te geven.
Ik geef toe dat het voor een technicus zeer moeilijk is een juridisch-
administratief onderwerp te behandelen. Maar deze moeilijkheid kan
geen verontschuldiging zijn voor de vele onjuistheden en onduidelijk
heden, die in deze voordracht zijn uitgesproken.
Men leze na wat op blz. 151 over onteigening wordt geschreven.
Op blz. 161 wordt vermeld: „De taak van de rechter is zowel van
arbitrair als rechtsprekend karakter. De billijkheid zal soms groter