RECHT EN ADMINISTRATIE
P. H. M. PLASMAN
Overpeinzingen van een buitenstaander
Oud-hoofd van het Kadaster in Indonesië
„De huidige rechtsontwikkeling heeft zich gericht op een algemene open
baarheid, d.w.z. dat iedereen kennis moet kunnen nemen van de ligging en
van de begrenzing van een bepaald onroerend rechtsobject en zich dus niet be
hoeft te beperken tot een min of meer bruikbare omschrijving
(Ir. W. van Riessen, scriptie 1951)
„Boer zag tenslotte ook in, dat hij te ver was gegaan en in 1900 pleitte hij
voor een weerlegbaar rechtsvermoeden.
(J. F. Jongedijk, Congresrapport 1954)
„Les plans cadastraux doivent être établis par des procédés modernes
pour servir a l'établissement de Livres Fonciers a tendance probatoire."
(Congres Rome 1938, ie conclusie Commissie Kadaster)
maar mogen dringende practische verbeteringen achterwege blijven ter
wille van een ver verschiet?"
(O. J. Jonas, Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde 1934, blz. 368)
„Voorlopig valt er niets anders te doen voor hen die met de zorg voor het
kadaster belast zijn, dan te trachten door administratieve voorschriften en maat
regelen de kadastrale gegevens zó te perfectionneren, dat de rechter er in voor
komende gevallen niet aan kan voorbijgaan."
(J. F. Jongedijk, Congresrapport 1954)
Indien ik dit artikel met zegge vijf aanhalingen inleid, dan is dit
omdat ik de overtuiging heb, dat ervaren en erkende kadastrale spoor
zoekers de hoge bomen aangewezen hebben van waaruit men het
kadastrale bos kan overzien. Een bos waarvan de mare gaat, dat het
door velen niet meer gezien wordt vanwege de bomen.
Van Riessen legt vast wat van een kadaster verwacht wordt, indien
het wil leven in het rechtsbewustzijn van de moderne samenleving.
Boer gaf reeds in 1900 zijn door de jaren gerijpt en bezonken oordeel
over de opzet van een dergelijk kadaster. Een opzet die ook nu nog de
sanctie blijkt te hebben van een internationaal vakcongres, nl. een
modern opgezet kadaster met bewijskrachtige strekking. En als ik
Jonas goed heb verstaan, maande hij al in 1934 niet langer te theoreti
seren en te debatteren en ons blind te staren op een voorlopig onbe
reikbaar verschiet, maar de hand aan de ploeg te slaan om via prakti
sche resultaten het kadaster te verbeteren. En tenslotte ontwerpt Jonge
dijk met enkele forse streken een wegenplan, dat binnen het vigerend
wettelijk bestel, uitsluitend via interne maatregelen, kan voeren uit de
impasse waarin we kennelijk zijn geraakt. En dit wegenplan voert naar
het bereikbare: het door Boer, Rome en blijkbaar ook door de Ver
eniging voor Kadaster en Landmeetkunde (zie vervolg laatste citaat)
gepropageerde eigendomskadaster
Onder „eigendomskadaster" versta ik in dit artikel de terminologie ter
zake is niet uniform een kadaster waaraan de rechter op grond van zijn