VERSCHILLENDE ONDERWERPEN Nederlandse Landmeetkunde Federatie 144 gebleven. Een vergelijking leert, dat deze vermindering geen verlies betekent. Immers woorden als „voerwerk", „slingerbril", „plaatpaar" e.d. zijn inmiddels uit het fotogrammetrisch jargon als vanzelf ver dwenen. Bij een vergelijking van de aanbevelingen voor de woorden en ter men die in de nieuwe uitgave behouden zijn gebleven valt tegenover de voorlopige een belangrijke verbetering te constateren. Zo hebben gelukkig de woorden éénplaatsfotogrammetrie en tweeplaatsfotogram- metrie plaats gemaakt voor enkelbeeld c.q. enkeleplaatfotogram- metrie en beeldenpaar c.q. platenpaarfotogrammetrie. De hin derlijke associatie met „plaats" is daardoor verdwenen. Het woord fotogrammeter (voor persoon), waarvoor aanvankelijk „fotocartograaf" werd aanbevolen, is thans weer aanvaard, tezamen met het werkwoord fotogrammetreren, dat het „theoretisch of praktisch beoefenen van de fotogrammetrie" aanduidt. Uiteraard kan niet verwacht worden dat een dergelijke woordenlijst volledig is. Blijkens de inleiding is daar ook niet naar gestreefd. Ook kan men van mening verschillen over de betekenis van de woorden die wel of niet opgenomen zijn. Ter illustratie hiervan zij bv. opgemerkt, dat het aanbevelen van een andere term voor projecteringslens m.i. minder betekenis heeft dan het uitspreken van een oordeel over het woord projectielens. Dit laatste wordt naar mijn mening veel vaker gebruikt, doch of het naast het aanbevolen „projecteerlens" als onge wenst moet worden beschouwd blijkt niet. Deze enkele opmerkingen nemen niet weg, dat de betekenis van de woordenlijst moeilijk kan worden overschat. Het op de juiste wijze vertalen van nieuwe vaktermen die in de buitenlandse literatuur op duiken is een uitermate moeilijke opgave en leidt heel gemakkelijk tot taalbederf. Het komt mij voor, dat de C.T.T., en meer speciaal de subcommissie „Geodesie", op lofwaardige wijze het juiste compromis heeft weten te vinden tussen aanvaarding van wat nu eenmaal in de levende taal was opgenomen en afwijzing van wat als te onnederlands moest worden beschouwd. Aan allen die over fotogrammetrie schrijven of spreken (en lezen) zij kennisneming van het normblad N 5001 ten zeerste aanbevolen. A. J. van der Weele Kort verslag van de Geodetische Studiedagen 1955 Het op 15 en 16 april te Utrecht gehouden geofysisch symposium trok veel belangstelling. Het aantal deelnemers op de eerste en de tweede dag bedroeg resp. 120 en 76.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1955 | | pagina 42