148 De interpretatie van de stroken van sterke negatieve anomalieën in de RUMte u/reïV°°rdraCht d°°r Dr' R J' Collette. assistent aan Bij zijn onderzeebootreizen rondom de wereld, opgezet met het doel door middel van zwaartekrachtsbepalingen de vorm van de aarde te eren kennen deed Prof. dr. F. A. Vening Meinesz de ontdekking, dat zich rondom Indonesië en West-Indië stroken van negatieve anomalieën bevinden. Deze anomalieën kunnen alleen dan redelijk verklaard wor den indien men aanneemt, dat horizontale krachten de buitenste, tevens ichtere, lagen van de aarde, de korst, hier naar binnen gedrukt hebben. Dezien andere zwaartekrachtsbepalingen, die aantonen dat de hypo these der isostasie, d.i. de gedachte, dat elk topografisch element drijft op een zwaardere onderlaag en dus gedragen wordt door een wortel inderdaad juist is, is de conclusie gerechtvaardigd, dat hier gebergte- voimende krachten werken en, meer in het algemeen, dat een gebergte ontstaat doordat eerst een wortel gevormd wordt, die later oprijst en zodoende het gebergte levert. Deze processen nemen tientallen mil- ïoenen jaren in beslag, zoals berekend kon worden en zoals ook klopt met gegevens uit de geologie. Indonesië maakt deel uit van een geheel systeem van eilandenbogen at zich z.o. en o. van Azie tot aan Noord-Amerika voortzet. Ook hier vond men negatieve zones, die zich nu echter veelal boven diepzee troggen bevinden. Hierover blijkt de voorgestelde verklaring eveneens van toepassing te zijn. Het z.o. Aziatisch gebied blijkt aan een verhoogde seismische acti viteit onderhevig te zijn. Ook bestaan bepaalde verbanden met het optreden van vulkanisme. Beide verschijnselen moeten als begeleidende processen geïnterpreteerd worden. Het mechanisme dat de horizontale spanningen in de korst veroor zaakt, moet hoogstwaarschijnlijk gezocht worden in stromingsstelsels convectiestromen m de mantel, d.i. de buitenste 2900 km van de Het werk van Prof. Vening Meinesz heeft er toe geleid, dat vele geologische en geofysische verschijnselen thans vanuit één gezichts hoek beschouwd kunnen worden en het biedt vele waardevolle aspec- schappen0611 ^ezamenliJke ontwikkeling van deze twee weten- Enkele punten uit de discussie. De vragenstellers ontvingen de volgende antwoorden. Dr. Veldkamp: 1. Het bestaan van convectiestromen in de aardkern is zo goed als zeker, het bestaan van deze stromen in de mantel van de aarde is bekend H°e patr00n van deze stro™ngsstelsels ;Sj ;s n;et 2. Over de invloed van atoomexplosies is geen studie gemaakt, maar

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1955 | | pagina 46