249
afwerking van deze stof en het pasklaar maken ervan tot ontwerp van
wet zou nog wel eens zoveel tijd hebben kunnen vergen, dat daarmee
de gehele indiening op de lange baan was geschoven. Dank zij de geste
van de familie -Meijers was de Regering in staat de afwerking van
de stof op te dragen aan enige erkende autoriteiten op civielrechtelijk
gebied, waaronder Prof. mr. J. Drion, hoogleraar te Leiden, Prof.
mr. J. Eggens, advocaat-generaal bij de Hoge Raad en Mr. F. J. de
Jong, raadsheer in de Hoge Raad.
En zo kon het gebeuren, dat in november 1954 bij Koninklijke bood
schap de ontwerpen van wet van de inleidende titel en de eerste vier
boeken van het B.W. door H.M. de Koningin aan de Tweede Kamer
uer Staten-Generaal ter overweging konden worden aangeboden2).
Blijkens het Algemeen gedeelte van de Memorie van Toelichting zijn
de wetsontwerpen, zoals ze thans worden aangeboden, geen departe
mentale ontwerpen, doch in wezen een herdruk van de ontwerpen,
zoals die door Prof. Meijers zijn opgesteld. Dit kan dan ook geen
verwondering wekken aldus de Minister van Justitie want „een
zo gaaf stuk wetgeving als in dat eerste deel is neergelegd, kon alleen
worden ontworpen door iemand die beschikt over de bijzondere gaven
van geest en hart, over de grote werkkracht, over de diepe eerbied
voor de medemens en diens overtuiging en over de volledige aan
passing aan het Nederlandse leven in al zijn geledingen als de ont
werper eigen waren".
Uitdrukkelijk laat de Minister uitkomen, dat wachten met de indie
ning van de wetsontwerpen totdat ontwerpen van het overige deel
van het B.W. ter beschikking staan, niet verantwoord voorkwam.
Voorts lezen we nog in het Algemene deel van de Memorie van
1 oelichting„Dat de wetsontwerpen in wezen geen departementale
ontwerpen zijn, moge hieruit blijken, dat de verschilpunten tussen
de wetsontwerpen en de ontwerpen van Prof. Meijers betrekkelijk
gering en meestal van ondergeschikte aard zijn".
De aangeboden ontwerpen van wet betreffen:
Inleidende titel (tot het gehele B.W.);
Boek 1, Personen- en Familierecht (met uitzondering van de titels
9, 10 en 12, respectievelijk betreffende ontbinding van het huwelijk,
scheiding van tafel en bed en adoptie1));
Boek' 1, de titels 9 en 10 (deze titels wijken i.v.b. met het oordeel
van Regeringszijde uitgesproken en de standpunten die in de Tweede
Kamer tot uiting kwamen omtrent de overneming van het bestaande
recht in de nieuwe wetgeving, zo zeer van Prof. Meijers' ontwerp af,
dat de Regering meende ze bij afzonderlijke ontwerpen te moeten
indienen)
Boek 2, Rechtspersonen (met uitzondering van titel 4, Stich
tingen) i)
2) O.m. opgenomen als bijlagen 3766 t/'m 3771 van W.P.N.R. nr. 4375.
1) Titel 12 van Boek I, handelende over adoptie is -evenals titel 4 van Boek
2, handelende over stichtingen uit de wetsontwerpen weggelaten, omdat het
doelmatiger voorkwam die onderwerpen afzonderlijk te behandelen.