10
en „Planarbeiten". Ontegenzeggelijk zullen enige voordelen aan dit
systeem inherent zijn. Als een groot nadeel noem ik echter het feit,
dat de ambtenaar die in een tweede of derde fase van de werkzaam
heden wordt ingeschakeld, volkomen vreemd staat in het object. In
dien hij wegen moet uitzetten, moet hij beginnen met zich de nodige
terreinkennis eigen te maken, een kennis die zijn voorganger die
werkte aan de meetkundige grondslag zich hierbij had verworven.
De in Nederland toegepaste horizontale specialisatie houdt in, dat
de ambtenaren zoveel mogelijk in dezelfde ruilverkaveling werkzaam
zijn. De landmeter die de leiding heeft werkt in den regel aan niet
meer dan twee verkavelingen. De aan hem toegevoegde metende ambte
naren zullen de meetkundige grondslag, de uitzetting en opmeting van
de wegen en waterlopen, de uitzetting voor de nieuwe kavels, enz.
verzorgen. Hun steeds groeiende terreinkennis zal hun daarbij van
groot nut zijn. Ook t.a.v. de kantoorwerkzaamheden is het belangrijk,
dat deze horizontale specialisatie in grote lijnen wordt gehandhaafd.
Indien de verwachtingen worden bewaarheid, zal de jaarlijks af te
leveren oppervlakte waarop ruilverkaveling is toegepast, zoals reeds
werd gezegd, met ongeveer 10 ooo ha toenemen. Het hoeft geen betoog,
dat het probleem, het juiste evenwicht te zoeken tussen centralisatie en
decentralisatie, met gebruikmaking van meer mechanische hulpmiddelen,
op korte termijn in studie moet worden genomen. Het resultaat van
deze studie zal de mate van de verticale specialisatie in onze Neder
landse horizontale specialisatie bepalen.
Het spreekt vanzelf, dat de vooruitgang in de andere takken van
de geodesie een zeer grote invloed uitoefent op de ontwikkeling van
de planologische geodesie, dus ook op die van de ruilverkavelings
techniek.
Aan de mathematische zijde van de geodesie is gedurende de laatste
25 jaar in ons land veel aandacht geschonken. Vooral Tienstra toonde
veel belangstelling voor dit belangrijke onderdeel. Baarda, die thans
het werk van Tienstra speciaal op het gebied van de mathematische
statistiek voortzet, en Roelofs en Van der Weele, die hun bijdragen
leveren op het gebied van de fotogrammetrische waarnemingsrekening,
leveren de grondslagen voor de te gebruiken waarnemings- en uit
werkingsmethoden.
De alles beheersende factor in de geodesie is de nauwkeurigheid.
Steeds weer vraagt de geodeet zich af met welke nauwkeurigheid hij
bepaalde waarnemingen dient te verrichten en volgens welke methode
hij deze waarnemingen moet verwerken, opdat in het resultaat een
gewenste nauwkeurigheid kan worden bereikt. Daar bijna ieder mens
in zijn werk streeft naar een zeker perfectionisme, is het gevaar groot,
dat de geodeet ontaardt in een nauwkeurigheidsmaniak. Als doel ziet
hij dan slechts het bereiken van een zo nauwkeurig mogelijk resultaat
het maatschappelijk doel waarvoor hij werkt verliest hij uit het oog.
Dit streven naar perfectionisme openbaarde zich wel heel sterk om
streeks de dertiger jaren. Het is alweer de verdienste van Tienstra