LANDMEETKUNDE It. H. C. M. LUYTEN, Landmeetkundige instrumenten Adjunct-landmeter van het kadaster te Nijmegen. i. WILD T 12. Deze kleine handige theodoliet (zie figuur i) leent zich bijzonder goed voor verkenning van meetkundige grondslagen en zal wellicht ook bij de detailmeting en de aanmeting van vaste punten zijn diensten kunnen bewijzen. Ook voor niet-landmeetkundigen, zoals bosbouwers en bouwkundigen, zal dit instrument een nuttig hulpmiddel kunnen zijn. Fig. i. Het meest valt de vaste verticale kijker op, die een zeer gemakke lijke waarneming en een uiterst lichte constructie mogelijk maakt. Ln plaats van de kijker kan men een prisma om een horizontale as laten draaienvia een venster valt het licht in dit prisma en vervolgens verticaal in de kijker (zie figuur 2). Daar het prisma een dakprisma is, verschijnt een rechtopstaand beeld in het gezichtsveld. De draaiing van het prisma wordt verkregen m.b.v. een ring, die zich onder het oculair bevindt en een helling van 40 tot 40 gr mogelijk maakt. De horizontale randverdeling is aangebracht op een glazen ring. De aflezing geschiedt m.b.v. een schaalmicroscoop naast de kijker. Verticale hoeken worden afgelezen m.b.v. twee schalen, de ene met een verdeling in tientallen graden op een metalen strip naast de kijker, de andere met een fijnere verdeling in decigraden aan de ring waarmee Oculair van de schaal microscoop Buisniveau Venster van de kijker Klemschroef voor de alhidade Oculair van de kijker Ring voor instellen in verticale richting Schalen voor aflezing van de verticale hoek Plaats van de horizontale draaiingsas Micrometerschroef voor de alhidade Houder van de horizontale rand Stelschroef Grondplaat

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1956 | | pagina 3