116
foto voorkomende grenzen werden overgetrokken. Door het calqueer
papier aan de achterzijde met grafiet te bestrijken en deze calques aan
de reeds op het plan gekaarteerde paspunten aan te sluiten, was het,
door dan nog eens over de lijnen op het calqueerpapier heen te trek
ken, eenvoudig de gewenste lijnen op het papier te krijgen. Ik ben
niet geneigd de nauwkeurigheid van deze werkwijze hoog aan te slaan.
Inderdaad schijnt er enige tijdsbesparing te zijn verkregen. Dit ligt
ook voor de hand door het moeilijk begaanbaar zijn van het terrein.
In 1937 zien we de hermeting van het plassengebied van Loosdrecht.
Was er in de Biesbospolder sprake van moeilijk begaanbaar terrein, in
het Loosdrechtse plassengebied was dit welhaast onbegaanbaar. Dit
moet dan ook als hoofdreden worden gezien voor de kostenbesparing
die werd bereikt. Een belangrijke stap vooruit was ondertussen de
toepassing van de beeldenpaarfotogrammetrie. Hierdoor werden de
moeilijkheden, die bij de identificatie en delimitatie van de grenzen
in de Biesbospolder nog vrij groot in aantal waren, belangrijk minder.
Een ander object waar de fotogrammetrie is ingeschakeld voor de
vervaardiging van nieuwe kadastrale plans is ,,De Zwette", waar bijna
geen delimitatie behoefde te worden toegepast. Door deze uitzonderlijke
omstandigheid waren de kosten van deze hermeting zeer laag. Echter
hier werd gebruik gemaakt van reeds bestaande foto's 120 000. U
weet het, dit komt de nauwkeurigheid van het kadastrale plan niet ten
goede. Dit was ook het geval met „het Groene Strand" nabij Gaast.
Op deze foto's van de zgn. luchtkaartering XI is bij herhaling
teruggegrepen voor het maken van grondkaarten voor ruilverkavelings-
gebieden. Daar doen ze het minst kwaad. Immers in zo'n ruilverkave-
lingsgebied wordt de meetband nog zo vaak ontrold, dat de meeste
fouten en te grote onnauwkeurigheden in de kaartering wel aan het
licht komen. Er zijn wel kaarteeronnauwkeurigheden, die wellicht
terug te voeren zijn tot identificatie-onnauwkeurigheden, van meer dan
zes meter geconstateerd.
Voor de uitvoering van ruilverkavelingen wordt thans bijna steeds
van de fotogrammetrie gebruik gemaakt.
Door het gebruik van de vergrote luchtfoto's voor de schatting
wordt een groot voordeel bereikt, doordat de schattingsgrenzen niet
meer terrestrisch behoeven te worden vastgelegd.
De kaartering uit de luchtfoto's levert de grondplans, waarop de'
nieuwe indeling wordt gekaarteerd en waaruit ten slotte de nieuwe
kadasterkaarten worden samengesteld.
Na Eemnes (het slotengebied) werden ongeveer 125 000 ha ruilver
kaveling aldus behandeld. Belangrijk was de proef in Beltrum, een
diluviaal gebied met sloten en greppels, met houtwallen en veel
begroeiing.
Van recente datum zijn de hermetingen van gebieden rondom
Utrecht en Leiden, die beide langs fotogrammetrische weg tot stand
kwamen.
Utrecht, met een oppervlakte van 2500 ha, leverde 87 nieuwe
kadastrale plans, op schaal 1: 1000.
