138
polygonering
34,7%
detailmeting
14,3
kaartering
n,4
grootteberekening
22,8
registers en tabellen
3,8
kopieën van plans
13,0
samen
100 °/o
De commissie die een gemeente schat staat voor vele moeilijkheden
en moet het tarief door en door kennen. De invloed van de kantons
landmeter is groot. Hij weet de plaatselijke toestanden en ook welk
materiaal aanwezig is. Aangezien hij echter belang heeft voor zijn
kanton bij goede resultaten, zal hij geen te lage prijs willen vaststellen
en zoveel mogelijk medewerking verlenen.
Soms werd aan een bepaalde landmeter opgedragen een onderdeel
van het tarief uitvoerig te onderzoeken. In een referaat van de land
meter Allenspach van 1926, over een onderzoek naar de tarieven voor
de vervaardiging van overzichtsplans 1: 5°00 en 1: 10000, plans die in
Zwitserland zeer belangrijk zijn en waaraan veel werk wordt besteed,
komt het volgende voor.
Bepalend voor een tarief voor kadastrale werkzaamheden die vol
gens vaste technische voorschriften moeten worden uitgevoerd, zijn
in het algemeen de volgende factoren:
a. het gemiddelde loon van een werkdag of werkuur met verreke
ning van onkosten, winst en risico;
b. de gemiddelde werkprestatie van soortgelijke werkgroepen;
c. de bijzondere omstandigheden van het in aanmerking komende
werkgebied.
Maandenlang werd de duur van elke werkzaamheid per categorie
van technische ambtenaren ingedeeld in volledig bekwaam, minder be
kwaam en aankomende krachten, opgetekend. Uit het artikel spreekt
een zich grote moeite getroosten en een onderzoek tot in details.
Allerlei invloeden werden genoteerd, bebossing, dichtheid van het net
van wegen, hoeveelheid polygoonpunten, hoeveelheid plaatselijke bena
mingen, het voorkomen van moeilijke objecten als rotsen, steenslag,
grintgroeven, enz., waarvan de voorstelling op de kaart in verband met
de hoogtelijnen tijdrovend is.
Opmerkelijk bij dit onderzoek was, dat sommige toeslagen veel te
hoog bleken, bv. de toeslag van 80 c. per te kaarteren gebouw werd
berekend op 40 c. per gebouw. Zulke onderzoekingen, die soms aan één
bureau, soms aan verschillende bureaus voor een zelfde onderdeel wer
den uitgevoerd, werkten uit de aard der zaak corrigerend op het tarief.
De eerste bijhouding geschiedde in het algemeen in uurloon, dus in
regie. In 1924 kwam een ontwerp van vaste tarieven hiervoor tot
stand, opgesteld door de vereniging. Naar aanleiding van dit ontwerp
ontstond veel onenigheid. Bij vergelijking bleek, dat vele kan
tons lagere regie-uitgaven voor de bijhouding hadden; de bergkantons
