198
Litteratuuroverzicht
N.G. Molukken-Instituut, Nieuw Guinee, deel I en III.
O. F. J. Ormeling De groei van de kaart van Westelijk Nieuw Guinea.
T.K.N.A.G. Apr. 1952/199-224.
K. W. C. Klein De nieuwe top. kaarten van de Vogelkop. T.K.N.A.G.
1939/214-219.
C. C. F. M. Le Roux e.a. Artikelen over de expeditie van het
K.N.A.G. naar het Nassaugebergte, T.K.N.A.G. 1939.
R. V. Tooley Maps and map-makers.
Kaarten, atlassen en reproduktiewerken van de subafdeling Geodesie
der T.H. en van de Topografische Dienst te Delft.
Allgemeine Vermessungs-Nachrichten 1955, nr. 10. A. Pütz,
Praktische Hinweise zur Verwendung des Luftbildes bei Kataster-
vermessungen.
De schrijver geeft enige praktische wenken voor de toepassing van
luchtfotogrammetrie bij hermetingen. Ten aanzien van het kosten-
vraagstuk merkt hij op, dat de toepassing van fotogrammetrie een
besparing geeft van 28 in vergelijking met de toepassing van de
poolcoördinatenmethode.
Voor het in bedrijf houden van één instrument (planigraaf) met
twee ploegen per dag (dus 4 fotogrammeters) zijn in totaal 43 arbeids
krachten nodig: 22 voor de terreinmetingen (hierbij zijn niet de arbei
ders gerekend), waarbij de schr. uitgaat van de aanname, dat slechts
7 maanden per jaar het verrichten van terreinwerk mogelijk is, en
21 voor het kantoorwerk-
Allgemeine Vermessungs-Nachrichten 1955, nr. 12. Prof. Dr.
Ing. E. Gotthardt, Die photogrammetrische Katasterversuchsmessung
Hengstfeld.
De opgave van deze proef omvatte de opmeting van het wegen- en
waterlopennet en van de perceelsgrenzen in de ruilverkaveling Hengst
feld. De verzekerde punten moesten m coördinaten worden bepaald.
In september 1953 werd de opneming verricht met een camera van
Zeiss, voorzien van een Topar-lens (f 21 cm). Het terrein was
1100 ha groot; de fotoschaal 1:6000, de vlieghoogte ca. 1300 m. De
filmnegatieven werden direct na de ontwikkeling op glasplaten afge
drukt. De machinecoördinaten werden afgelezen op een registreerin-
strument en de punten gekaarteerd op schaal 1: 2000. Deze kaartering
werd gebruikt als hulpmiddel voor de half-grafische affiene trans
formatie van de machinecoördinaten. Bij deze transformatie werd het
gebied in één model in vier gedeelten aangesloten teneinde o.a. syste
matische fouten die in de film waren ontstaan te elimineren.
Van 1523 punten werden de fotogrammetrische en de terrestrische
coördinaten vergeleken; de berekende standaardafwijkingen waren:
mx 10,4 cm mY 10,5 cm ms 14,7 cm.
Uit de vergelijking van 499 gemeten afstanden met de uit foto
grammetrische coördinaten berekende afstanden werd een standaard
afwijking van 7,9 cm gevonden.