200
Voor de hermeting met de nauwkeurigheidseisen die aan een gra
fisch kadaster worden gesteld, geeft de schr. twee methoden; bij
beide gaat hij uit van een vaste-puntennet, dat met behulp van de
fotogrammetrie wordt bepaald. De punten van dit net worden ver
zekerd.
De topografie kan nu op" schaal i: iooo worden getekend en de
bijhouding kan met behulp van de bekende vaste punten geschieden.
Een andere methode is de vaste punten te gebruiken als gegeveli
punten om van hieruit de grenspunten te bepalen. Deze laatste methode
wordt in niet al te heuvelachtig terrein aanbevolen bij de inmeting
van het wegen- en waterloopnet bij de ruilverkaveling. De knikpunten
van de wegen zijn in dit geval de vaste punten.
De Ingenieur 1956, nr. 6. H. C. Zorn, Het meten van stroomsnel-
heden met behulp van fotogrammetrie. De Ingenieur 1956, nr. 6.
Een beschrijving van twee methoden, nl. met gebruik van één camera
of van twee gesynchroniseerde camera's om de stroomsnelheid en de
richting van de waterbeweging in een waterloop te meten-
Een toepassing in Nederland van de tweede opnemingsmethode met
behulp van de A 4 basiscamera van Wild wordt genoemd.
AHgemeine Vermessungs-Nachrichten 1956, nr. 1. Prof. Dr. Ing.
M. Kneissl, Die Stellung der Photogrammetrie im deutschen Vermes-
sungswesen.
De schrijver bepaalt de plaats, waar de fotogrammetrie in de Duitse
landmeetkunde staat en beziet wat met behulp van deze methode op
topografisch en kadastraal gebied kan worden gedaan. Hij gaat bij
zijn beschouwingen t.a.v. de taak der fotogrammetrie voor het ka
daster uit van een aantal stellingen, waarvan de voornaamste zijn,
dat deze methode een grafisch kadaster levert en in staat is door toe
passing van ruimte-triangulatie vaste punten te leveren voor de bij -
houding van het kadaster. Het streven, de grenspunten in machine
coördinaten te geven en aldus tot een half-grafisch kadaster te ko
men, acht hij in het algemeen onnodig en misplaatstEen grafisch op
gezet kadaster is zeer goed bij te houden, indien een voldoend aantal
vaste punten bij de opzet wordt gegeven. Als voorbeeld stelt hij het
Beierse kadaster. Bovendien zal de hermeting op numerieke basis van
het kadaster veel te veel tijd kosten.
De toleranties moeten in Duitsland op dezelfde wijze worden vast
gesteld als in Zwitserland (en in Nederland). Niet de toegepaste meet
methode, maar de grondwaarde dient bij de bepaling van de toleranties
in beschouwing te worden genomen, aldus de schrijver. G. F. W.
Allgemeine Vermessungs-Nachrichten 1956, nr. 6, blz. 172. Spie-
kermann. Zum Problem der Kartenvervielfaltigung.
Kaarteren in potlood op korrektostatpapier. Contactafdruk, gevoe
lige laag aan tekening met doorvallend licht; hiervan verdere kopieën.
Werktekening blijft in potlood. ,,Es geht tatsachlich, man muss nur
genügend lange belichten". De Gr.