215 rondom dit verschijnsel in de landmeetkundige wereld voltrok, sta ik er thans ver genoeg buiten, om, als het ware van een afstand, nog eens een poging te doen op zakelijke wijze bij te dragen tot de geschied schrijving van de ontwikkeling op landmeetkundig gebied in ons land. Weliswaar is het onvermijdelijk, dat daarbij gedachten naar voren zullen komen, die ook wel eens door mij in ander verband zijn ge hanteerd, doch in een misschien enigszins gewijzigd kleed kan de lezer bekende gedachten t dan nog eens geïllustreerd zien aan de geschiede nis van het ontstaan van de Meetkundige dienst. Een ander bezwaar, dat misschien van ernstiger aard is, ligt in het feit, dat schrijvers persoonlijke ervaringen in ons vak over een periode van nu ruim 35 jaren een misschien te overheersende functie in deze geschiedschrijving zullen vervullen. Ik ben mij volkomen bewust van het feit, dat ook uit enkele andere hoeken van ons maatschappelijk leven een beeld van deze ontwikkeling kan worden getekend. Toch geloof ik het voorrecht te hebben gehad, in een zodanige positie in dit ontwikkelingsproces te zijn geplaatst, dat van dit waarnemings- punt uit enkele van de zeer kardinale trekken ervan het gemakkelijkst met schrijvers eigen ervaringen kunnen worden geïllustreerd. De betekenis van de Meetkundige dienst van de Rijkswaterstaat als illustratief voorbeeld van een bepaalde maatschappelijke ontwikkeling kan pas duidelijk worden, indien wij met onze beschouwingen terug gaan tot een tijd ver vóór de stichting ervan. In die periode gedurende en voor de eerste wereldoorlog bestond de activiteit van de cartogra fische afdelingen van de directie Algemene dienst van de Rijkswater staat uit drie verschillende werkzaamheden: 1) de vervaardiging van de waterstaatskaart, 2) idem van de rivierkaarten, 3) de uitvoering van de secundaire waterpassing. De waterstaatskaart was en is een nauwkeurige beschrijving van de waterstaatkundige toestand van ons land, een kaartwerk dat uit carto grafisch oogpunt interessant en van hoge kwaliteit was. Er werden voor dit kaartwerk nagenoeg geen eisen van landmeetkundige aard aan het personeel gesteld. Geheel anders was dit met de rivierkaart. Voor het gebied aan de rivierzijde van de bandijken werd een volledige opmeting verricht, die een uiterst gedetailleerde kaart van hoge kwaliteit, ook in haar typografische verzorging, tot resultaat had. Het was in die jaren gewoonte, dat jonge ingenieurs van de Rijkswaterstaat minstens een jaar gedetacheerd werden bij de opmeting van de rivierkaarten. Im mers, bij dat werk konden zij de praktijk van de landmeetkunde be oefenen. Het was in de tijd toen de ingenieur van de Rijkswaterstaat nog geheel allround was en praktische ervaring in landmeten en waterpassen even onmisbaar was als kennis van de berekening van een kleine brug of van een sluis. Een vast corps ambtenaren bij de Algemene dienst vormde de ruggegraat van de organisatie, die zowel de rivierkaart als de waterstaatskaart, als ook de waterpassing, voor haar rekening nam. De scholing van deze ambtenaren werd bijna

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1956 | | pagina 11