238
brengt, dat de metingen benodigd voor de uitvoering van het rijks
wegenplan, behoren te geschieden volgens de door haar daarbij aan
gegeven werkwijze. Het ligt buiten de bevoegdheid onzer commissie
om aangaande de Rijkswaterstaat (een Rijksdienst waarmede haar
generlei bemoeiing is opgedragen) een oordeel uit te spreken, wat
betreft leiding en voorschriften voor de uitvoering van metingen in
die rijksdienst. Zij dient zich daarom te bepalen met Uwer Excel
lentie als haar mening kenbaar te maken, dat het stichten van een
centrale meetdienst met een taak als in de aangehaalde nota is om
schreven, uitsluitend voor de Rijkswaterstaat, haar niet nodig voor
komt, in aanmerking genomen de eenvoudige eisen die aan het
horizontale verband in de kaarten, waarop de werken worden ge
projecteerd, moeten worden gesteld.
Ook de instelling van een alle rijksdiensten omvattende Centrale
Opnemingsdienst, ten doel hebbende het houden van toezicht op en
het brengen van verband tussen de verschillende meetdiensten acht
de Triangulatiecommissie niet nodig.
Zij zou er de voorkeur aan geven een en ander op te dragen aan
een commissie van toezicht ongeveer op de wijze als dit thans door
de Triangulatiecommissie geschiedt, die ten gevolge van de aan haar
door Uwe Excellentie en Uw ambtgenoot van Defensie bij haar
instelling gegeven opdracht, regelend optreedt bij het doen van
metingen, hetzij voor het Kadaster, hetzij voor de Militaire Ver
kenningen of voor de Triangulatiedienst.
Mocht Uwe Excellentie zelve van oordeel zijn en het wenselijk
achten, dat de bemoeiingen der Triangulatiecommissie, die zich,
zoals dit wordt te kennen gegeven in bovengemeld schrijven aan de
Minister van Waterstaat, reeds hebben uitgebreid in de richting der
luchtfotogrammetrie, nog meer uitbreiding toelaten, dan wil het
ons voorkomen, dat het rijksbelang gediend zou zijn, als aan de
Triangulatiecommissie opdracht werd gegeven, een zelfde taak te
vervullen t.a.v. de Rijkswaterstaatsdienst. Zij acht zich evenwel niet
in staat deze taak behoorlijk ten uitvoer te brengen zonder directe
samenwerking met genoemde rijksdienst.
Werd daartoe de Triangulatiecommissie aangevuld met een hoofd
ambtenaar van de Rijkswaterstaatsdienst, dan zouden in de Trian
gulatiecommissie vertegenwoordigd zijn alle rijksdiensten, die bij de
uitvoering van het rijkswegenplan en de andere in de nota genoemde
werken, betrokken zijn en belang hebben bij een centraal geleide
opneming en kaartering. Mitsdien menen ondergetekenden Uwe
Excellentie te mogen adviseren, aan Haar ambtgenoot van Water
staat te kennen te geven, dat aanvulling der Triangulatiecommissie
met een Hoofdingenieur van de Rijkswaterstaat de beste oplossing
geeft aan het in de nota opgeworpen vraagstuk ten opzichte van
het rijkswegenplan, terwijl dan ook de andere in vermelde nota
genoemde vraagstukken (rivierkaart, luchtfotogrammetrische op
nemingen ten dienste van de Rijkswaterstaat enz.) in onderlinge
samenwerking in studie kunnen worden genomen.
