396 organiseerd en wel in het kader van de viering van het 750-jarig bestaan van die stad. Als enige Nederlander had ik het genoegen bij dit gebeuren aan wezig te zijn. Na een reis van ruim twintig uur, tijdens welke ik mijn „Ausweis" aan 28 verschillende beambten had moeten tonen, kwam ik op 17 juni des morgens om drie uur in Dresden aan. In de loop van deze dag was er een goede gelegenheid een eerste indruk van de stad te krijgen. Wat men daarbij bemerkt is, dat gasten uit het Westen, zonder overigens opvallend gekleed te zijn, toch direct opvallen door kleding, kapsel en schoeisel en bovenal door een zekere onbevangenheid van blik en houding. Dresden is een stad zonder centrum, zonder hart. Dit is het gevolg van één enkele bomaanval in het voorjaar van 1945, waarbij in een uur tijds 35.000 bewoners het leven verloren en ruim 1500 ha dichtbe bouwde stad volkomen vernield werd. Tussen een schier onafzienbare vlakte met gras en hoogopschietend onkruid heeft men getracht weer een plek met enige sfeer te scheppen door de wederopbouw van de gebouwen rondom de Altmarkt. Op dat plein kan men groepjes men sen bijeen zien staan op een manier als wij ons nog wel kunnen herinneren uit de tweede helft van mei 1940. Van feestvreugde was er, ondanks de duizenden vlaggen, geen sprake. Voor het overige voltrekt de wederopbouw zich in de buitenwijken en het mag worden gezegd, dat hetgeen daar aan woonkazernes wordt geproduceerd archi tectonisch al even weinig pretentie heeft als hetgeen in ons land wordt gebouwd. Als kunststad, waardoor het toch vroeger bekend was, heeft Dresden op dit moment niet veel te betekenen, al mag niet worden ontkend, dat ook aan de wederopbouw van de culturele bouwwerken grote zorg wordt besteed. De met potten en vazen versierde barokke Zwinger, met als afsluiting aan de zijde van de Elbe de Semper- Galerie is, dank zij de voor de oorlog gemaakte stereoscopische opna men, weer in oude luister hersteld. De schilderijenverzameling in de van binnen thans zeer moderne Semper-Galerie bevat vele kunstwer ken, waaronder de Sixtijnse Madonna van Raffael en Tizians „Zins- groschen". Ook vindt men hier nog vele werken van Nederlandse en Vlaamse schilders. Van Rembrandt en Rubens elk vijftien. Wil men de dode stad een ogenblik vergeten, dan kan men een wandeling maken over de Brühlsche Terrasse, waar men een zeer mooi uitzicht heeft op de Elbe en op het aan de overzijde van deze rivier gelegen Neustadt. De levensstandaard is niet bepaald hoog in Dresden. Een goed arbeidersinkomen bedraagt niet veel meer dan 300 O. Mark. Daar tegenover staan dan prijzen als 36 O.M. voor een badhanddoek en 100 O.M. voor een paar degelijke doch niet elegante schoenen. Zeer goedkoop zijn boeken en racebootjes zonder motor. Laatstgenoemd produkt is niet voorhanden. De hoge prijzen voor de artikelen die een gezin dagelijks nodig heeft nopen de meeste huisvrouwen ook een werkkring te zoeken. Het is daar niets ongewoons als een groepje

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1956 | | pagina 46