L io6 glasgravure reeds uit 1894 stamt, toen de Fransen in Tunesië in een volgens het natte procédé vervaardigde collodiumplaat gra veerden. In 1933 voerde Bertschmann „Schichtgravur" op Zellon in. In 1940 ontwierp Samuel Sachs in de U.S.A. speciale graveer- werktuigen voor glasgravure. In de dertiger jaren werd bij de Topografische dienst in Nederlands-Indië reeds gegraveerd in een zg. asfaltlaag. Nieuw is de graveermethode dus zeker niet. Tenslotte volgt hieronder een overzicht van een aantal graveer- methoden met een afbeelding van de resultaten. De daarbij ge plaatste opmerkingen moeten met een zekere reserve worden gele zen, daar zij in het algemeen zijn gebaseerd op in Nederland ge houden proeven met kleine ,,monster"-stukjes. De illustraties rechts geven achtmalige vergrotingen van een gedeelte van de linker figuurtjes er naast. 1. Wieneke Ritz-Verfahren (Duitsland). a. Kleur: blauw. De laag is door Wieneke op de gepolijste*zijde van astralon aangebracht (1956); graveert goed; resultaat: goed.' Opm.De laag wordt na enige tijd iets harder, b. Kleur: blauw. De laag is door Wieneke op de gematteerde zijde van astralon aangebracht (1956); graveert enigszins stroef; resul taat: matig. Opm.: De lijnen zijn minder strak tengevolge van de korrel van de gematteerde tekeningdrager. c. Kleur: blauw. De laag is door de Meetkundige dienst op de gematteerde zijde aangebracht >(1954)graveert goed; resultaat: goed. V

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1957 | | pagina 66