ingenieur-verificateur van het kadaster te Arnhem en kon hij zich
nadien geheel wijden aan de leiding van de Ruilverkavelingsdienst.
Deze dienst was inmiddels reeds uitgegroeid tot een dienst met een
personeelssterkte van ongeveer 100 man, verdeeld over zes bureaus
(Groningen, Zwolle, Utrecht, Arnhem, Eindhoven, Breda).
Wereldoorlog II was namelijk juist uitgebroken, toen de ruil
verkaveling zich in een sterk stijgende belangstelling mocht ver
heugen.
Na de bevrijding in 1945 zette deze belangstelling zich voort
en uitte zich in een stroom van aanvragen tot ruilverkaveling. Dit
moest wel leiden tot uitbreiding van de dienst. In 1950 werd
daarom opgericht het ruilverkavelingsbureau te Almelo en in 1953
dat te Alkmaar.
Walcheren was zwaar door de oorlog geteisterd. In 1946 kwam
te Middelburg ondanks grote moeilijkheden een bureau tot stand.
Schouwen-Duiveland en Tholen, zwaar getroffen door de over
stromingsramp in 1953, kregen nog in hetzelfde jaar de ruilver
kavelingsbureaus te Zierikzee en St. Maartensdijk. Hiermede
omvatte de dienst elf bureaus met rond 200 man personeel.
Uit dit chronologisch overzicht blijkt hoe de persoon van Gorter
ten nauwste verbonden is aan de uitbouw en de organisatie van
de Ruilverkavelingsdienst in Nederland.
De groeiende stroom van ruilverkavelingsaanvragen moest leiden
tot het opstellen van urgentieschema's in nauw overleg met het
secretariaat van de Centrale cultuurtechnische commissie, rekening
houdend met beschikbare gelden, materialen en werkkrachten,
alsmede met het beschikbare personeel van de Cultuurtechnische
dienst en het Kadaster.
Grote steun bij de opstelling van deze plannen vond Gorter in
zijn met grote zorg samengestelde statistische gegevens omtrent
de ruilverkavelingscapaciteit per man en per jaar.
Uiteraard zal opstelling van een programma voor ruilverkaveling
steeds een zaak blijven, die moeilijk kan leiden tot gegevens die
onomstotelijk vaststaan. Desondanks wist Gorter te bereiken,
hierbij gesteund door begrip voor de eisen die de ruilverkaveling
uit personeelsopzicht stelt bij het Ministerie van Financiën, dat de
dienst nimmer in gebreke is gebleven bij de uitvoering van zijn
groeiende taak.
Ook overigens toonde Gorter zich een uiterst bekwaam hoofd
ambtenaar. Op elk gebied, juridisch, geodetisch, administratief en
planologisch was hij de vraagbaak van velen en met nooit aflatende
ijver en toewijding stond hij klaar om zijn ambtenaren en velen
buiten de dienst de helpende hand te bieden.
Zijn juridische aanleg deed hem zijn een gewaardeerd mede
werker bij de vervanging van de (eerste) ruilverkavelingswet van
1924 door die van 1938. Een belangrijk aandeel had hij in de
totstandkoming van de Herverkavelingswet Walcheren. En ook
123