197 dacht" ingezonden stuk in de plaatselijke pers, en al wat daartussen ligt. Indien, na onderling overleg in onze „staf" zo noemen wij de vergadering van directie met afdelingschefs besloten wordt aan een geopperd idee aandacht te besteden, blijkt veelal een van deeerste vragen te zijn: „Hebben wij betrouwbare basistekeningen Omdat een gemeentelijke dienst zich, zelf er van overtuigd zijnde dat het nuttig is een gelanceerd idee te onderzoeken, niet kan ver oorloven daarover gras te laten groeien, moet de gevergde land meetkundige hulp snel worden geleverd. U zult begrijpen dat kadastrale kaarten in dergelijke gevallen dikwijls niet beschikbaar zijn en dat daarop niet kan worden gewacht. Met de heer Harder zie ik dan ook zeer wel in het grote voordeel van betrouwbaar kaartmateriaal, voorzien van topografische gegevens. Ik zou zelfs verder willen gaan en ik meen te mogen stellen, dat verantwoorde beleidsbeslissingen veelal niet mogelijk zijn zonder dat betrouwbare kaarten als basismateriaal zijn gebruikt. Bovendien is het een kwestie van efficiency. Werken op papier is immers altijd veel goedkoper dan werken in het terrein. Bij de uitvoering van werken is uitzetten van assen, rooilijnen, grenzen, enz. nodig, maar vooral ook hoogten zijn onontbeerlijk. Dat laatste is in Breda een onderdeel van de taak, ook bij particu liere bouwplannen, omdat uit een onjuiste hoogteligging t.a.v. wegaanleg en riolering de meest onaangename verrassingen kunnen ontstaan. Op de relaties van de landmeetkundige afdeling met andere afdelingen van gemeentewerken zou ik gaarne even nader in willen gaan. Toen in Breda de landmeetkunde onder deskundige leiding zou komen, heb ik mij afgevraagd, welke plaats de op te richten afdeling of onderafdeling in de organisatie zou moeten innemen. Het vervaardigen en bijhouden van basiskaarten is zonder twijfel zelfstandig werk, maar dit zou b.v. gevoeglijk kunnen vallen onder de afdeling stadsontwikkeling of iets dergelijks. Als daar ook het grondbeheer onderafdeling van is, zou ook de bemoeiing met grondverkoop en grondaankoop een onderschikking toelaten. Indien een afdeling Stadsontwikkeling tevens tot taak heeft het verschaffen van basisgegevens aan de meer civiel-technische af delingen, is zelfs een deel van die hulpverlening organisatorisch mogelijk door onderschikking. Ik kan mij zelfs een organisatie voorstellen waarin boven stads ontwikkeling én bouw- en woningtoezicht één afdelingschef staat, maar dat impliceert dan langzamerhand toch wel een gelijk niveau voor de chefs van grondbedrijf, bouw- en woningtoezicht en land meetkundige afdeling. Is ook de hulpverlening bij de uitvoering van civiel-technische

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1957 | | pagina 81