van de landmeetkunde bij het kadaster, zonder de administratief- juridische facetten van deze instelling in beschouwing te nemen. Ik heb daarom de vrijheid genomen in mijn causerie de maat schappelijke betekenis van het kadaster in zijn geheel te belichten, al zal ik uiteraard in het bijzonder aandacht schenken aan de rol die de landmeetkunde daarbij speelt. Het kadaster kan worden gedefiniëerd als een Rijksinstelling die door middel van kaarten en registers de zakelijke gebruiks rechten op onroerende goederen administreert. Bij een zakelijk recht kan men in het algemeen onderscheiden een subject (de zakelijk gerechtigde) en een object (het onroerend goed waarop het zakelijk recht betrekking heeft). Voor een goede administratie kunnen drie eisen worden gesteld, nl. de ondubbelzinnige aanduiding zowel van het subject als van het object en de boeking van elk object op naam van het juiste subj eet. De aanduiding van de subjecten, die geschiedt met naam, voor naam en woonplaats, gaat geheel buiten het kadaster om. De Bur gerlijke Stand vervult hierbij o.a. een functie. Deze aanduiding werkt in het algemeen wel bevredigend, al is twijfel omtrent identi teit niet altijd uitgesloten. Er is daarom wel eens voorgesteld de identificatiemogelijkheid te vergroten, o.a. door voor te schrijven, dat in akten en in de kadastrale boekhouding de geboortedatums van de subjecten worden opgenomen. De aanduiding van de objecten geschiedt door het kadaster zelf. Hier nu ligt een der belangrijkste taken voor het landmeetkundige gedeelte van het kadaster. In het algemeen geschiedt de vaststelling en de opmeting van de grenzen van de objecten door de landmeter overeenkomstig de aanwijzing van de subjecten. De opmeting van de grenzen geschiedt zodanig, dat afbeelding ervan op een kaart op grote schaal mogelijk is, waarbij tevens rekening wordt gehouden met de mogelijkheid van de reconstructie van de grenzen en tot vaststelling van de grootten der objecten. Vervolgens ontvangen de objecten de bekende kadastrale per ceelsaanduiding en worden ze in de kadastrale boekhouding op genomen. De aanduiding van de objecten biedt veel meer moeilijkheden dan die der subjecten. Door allerlei oorzaken kunnen afwijkingen ontstaan tussen de werkelijke grenzen van de objecten en de grenzen zoals die door het kadaster zijn vastgelegd (de zgn. kadastrale grenzen). Zo'n afwijking kan al direct ontstaan bij de vaststelling van de kadastrale grens, b.v. doordat de grens verkeerd is aangewezen. Dit kan berusten op een vergissing van partijen, maar ook is het mogelijk, doordat de landmeter gewoonlijk geen nauwkeurig onder zoek naar de identiteit instelt, dat partijen onbevoegd waren en b.v. bewust een verkeerde grens aanwezen. 201

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1957 | | pagina 85