124
aan de opzet van de Ruilverkavelingswet 1954 gaf Gorter zijn
beste krachten.
In 1942 had het bestuur van het Nederlands Instituut voor
Volkshuisvesting en Stedebouw een commissie ingesteld voor
stedelijke ruilverkaveling (voorzitter Mr. J. Vink). Door de oorlogs
omstandigheden waren de werkzaamheden van deze commissie in
1944 tot stilstand gekomen. Zij konden pas in 1947 worden hervat.
Deze commissie stelde een rapport samen betreffende de toepassing
van de Ruilverkavelingswet voor het leggen van verband tussen
agrarische ruilverkavelingen en stedebouwkundige maatregelen (in
het bijzonder uitbreiding van bebouwde kommen). Dit rapport
beantwoordde tevens de vraag of en in hoeverre de Ruilverkavelings
wet met het oog hierop diende te worden gewijzigd.
Gorter maakte deel uit van deze commissie en nam intensief deel
aan haar werkzaamheden. De opvattingen in dit rapport neergelegd,
zijn voor een deel gerealiseerd in de Ruilverkavelingswet 1954-
Op verzoek van het bestuur van de Vereniging voor Kadaster en
Landmeetkunde trad Gorter in 1946 toe tot de „Studiecommissie
voor reorganisatie van de kadastrale dienst". Ook in deze commissie
was Gorter een zeer gewaardeerd en actief lid.
Sedert 1948 maakte Gorter deel uit van de Commissie van
Toezicht voor de herverkaveling Walcheren. Tevens werd hij op
genomen in het bestuur van de hoofdafdeling Ruilverkaveling van
de Nederlandsche Heide Maatschappij.
Buiten zijn drukke ambtsbezigheden en zijn werkzaamheden als
lid van vele commissies vond Gorter nog tijd tot het houden van
lezingen en tot talrijke publikaties. Uit de jaren na 1940 noem ik:
Natuurschoon en ruilverkaveling. Tijdschrift voor Kadaster en
Landmeetkunde jaargang 1940, blz. 193.
Regeling van weiderechten bij ruilverkaveling. T. v. K. en L. 1941
blz. 57.
De herverkaveling van Walcheren. T. v. K. en L. 1946 blz. 4.
De administratieve kosten van ruilverkaveling. T. v. K. en L.
1949 blz. 141.
Vijf en twintig jaren kadastrale ruilverkavelingsdienst. T. v. K. en
L. 1951 blz. 3.
Rapport van de Commissie voor Fotogrammetrie en Kartografie,
uitgebracht op het congres van de Nederlandse Landmeet
kundige Federatie, gehouden op 6 en 7 juni 1950.
Uit het voorgaande moge duidelijk blijken welke betekenis
Gorter heeft op het gehele terrein van de ruilverkaveling in Neder
land. Hoe hij als een der eersten er aan heeft meegewerkt de ruil
verkaveling populair te maken bij de agrarische bevolking, hoe
hij zijn beste krachten heeft gegeven eerst bij de uitvoering van
vele ruilverkavelingen en later bij de leiding van de Ruilver
kavelingsdienst, hoe hij zijn grote ijver, toewijding en bekwaamheid
volledig dienstbaar maakte aan het ruilverkavelingswerk en de
leiding van de dienst, hoe hij open stond voor nieuwe ideeën en