K
t
254
men zich bij de REDTA beijverd de resterende kleurfout van de
tweede soort, het zgn. secundaire spectrum, te verkleinen.
Deze fout blijkt uit een blauwe sluiering van het beeld en groene
zomen bij scherpe beeldcontouren. Ze neemt met de relatieve opening
van de kijker en de vergroting toe.
Deze verbetering is tot stand gebracht door een nieuw objectief
(apochromaat) te gebruiken. In figuur 54 wordt deze verbetering ge
toond. Hierin is de afwijkingshoek t.o.v. de optische as van de kijker
voor verschillende lijnen uit het spectrum uitgezet tegen de intree-
hoogte in de pupil. De kijker, die een 25-voudige vergroting en een
Fig- S3-
objectiefopening van 42 mm heeft, is, behalve in bovengenoemd op
zicht, ook aanzienlijk verbeterd door toepassing van reflexwerende
lenzen.
De verticale en de horizontale rand worden op één plaats waar
genomen met een schaalmicroscoop naast de kijker (zie figuur 55)
men kan schatten tot op 2 mgr. Naast de verdeling van de verticale
rand is tevens een verdeling aangebracht voor de tangens van de
elevatiehoek, met een eenheid van 0,001, waarbij men kan schatten tot
Redta 002 (nieuw) Redta (oud)
,y'
y
Au
'0.1* 0,10 -0.7° *-0,7° 0,20 *0,3° +0,4° *0,J° 0,6*0.7°
Fig. 54-
C (X 656,3 m/i)F 486,1 m/x)
e (X 546,1 m/0g (X 435,8 m/x)
op 0,0001; deze verdeling wordt met de verticale en de horizontale
rand in hetzelfde beeld waargenomen.