3°8 spel, die buiten de boer en zijn hoeve liggen. Ze dragen dikwijls de stem pel van confectie, niet van echt simpel boerenwerk. De landheer of een andere invloedrijke raadgever plaatste hier herhaaldelijk, bewust of onbewust, te veel zijn eigen idee en inzicht, of willekeurig zijn eigen familienaam op de voorgrond, zonder voldoende rekening te houden met de plaats, inrichting, ligging, met het heden of verleden van de te benoemen boerderij. Veel typischer en echter zijn dan ook gewoonlijk de spontane benoemingen door de boerenbevolking zelf. Die zijn recht streeks gegroeid uit waarnemingen, ondervindingen of gebeurtenissen ter plaatse, uit het wel en wee van de bewoner of zijn voorgangers, onmiddellijk en kernachtig gezond ontleend aan zijn bedrijf, zijn ge moedsleven, zijn godsdienstzin, boerse eenvoud, landelijke geestigheid, schalksheid of scherpzinnigheid en dragen daarvan herhaaldelijk duide lijk de stempel in klank, spelling en wijze van aanbrengen. Maar het is jammer, dat er ook onder de boeren in deze veel imitatie en plagiaat heerst, zodat in sommige streken de boer maar klakkeloos de hoevenaam overneemt, die hij in zijn omgeving gezien heeft. Merkwaardig is dat Skrubbeltrang (148) ongeveer dezelfde opmerking maakt over Denemarken als hij schrijft: It is interesting that the names of the decentralized farms invariably reflect the character of the landscape where they were erectede.g. names containing skov (wood), bjerg (hill), lund (grove), bro (bridge) and vad (ford) as the prefix. The names of cottages are more emotional or ethical in tonee.g. Lykke (Fortune), Velsignesse (Blessing), Naade (Grace), Flid (Diligence), Hjaelp (Help) and Lyst (Joy). The cottages were propably named by the rector or the landlord possibly to counteract the contemptuous appellations given to them by the peasants. Boerderijnamen en veldnamen behoren bij elkaar. Voor zover geen toponiemen beschikbaar zijn, hetgeen zich in een ontginnings- gebied kan voordoen, zullen in de eerste plaats de gegevens voor de naamgeving ontleend dienen te worden aan de streekgeschiedenis en folklore. Personen komen m.i. alleen dan in aanmerking wanneer door de historie afdoende is gebleken dat zij voor die bepaalde plaats, streek of provincie, waar de nieuwe boerderijen zijn gebouwd, zó belangrijk zijn geweest dat hun naam aan de vergetelheid dient te worden ontrukt. Ir. J. Nysingh, rentmeester der staatsdomeinen te Zwolle, heeft een poging gedaan verantwoorde namen te geven aan 28 door de staat gebouwde boerderijen in het ontginningsgebied het Land van Vollenhove. Hiervoor gebruikte hij de namen van personen die in de tachtigjarige oorlog op de voorgrond waren getreden. Iedere pachter ontving een oorkonde. De tekst bevatte een korte uiteenzetting van de historische betekenis van de persoon wiens naam op de voorgevel van de boerderij was aangebracht. B.v. (149): De VAN DE WERFF HOEVE Pieter Adriaanszoon van de Werff, naar wien deze hoeve is genoemd, was één van de strijders voor de godsdienstvrijheid.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1957 | | pagina 38