3°9 Hoewel kan worden geconstateerd dat Ir. Nysingh het belang van de naamgeving heeft ingezien, meen ik dat zijn poging toch minder geslaagd is, aangezien elk verband tussen de gegeven namen en de streek waarin de nieuwe boerderijen staan, ontbreekt. Momenteel verrichten de op blz. 29 genoemde culturele vereni gingen (de naam: Groninger Heerdencommissie wijst hierop) reeds uitstekend en baanbrekend werk in diverse provincies. Mocht de door mij voorgestelde commissie tot stand komen, dan is voor haar ook een belangrijke taak weggelegd voor het geven van adviezen op het gebied van de naamgeving van nieuw te bouwen boerderijen in een ruilverkaveling. Naar ik hoop zullen in de toekomst vele veldnamen terug te vinden zijn op de voorgevel van de boerderij! HOOFDSTUK IV De Duitse landmeters hadden al vroeg belangstelling voor de toponymie. Meer dan 400 jaar geleden werden veldnamen op Duitse kaarten geschreven. Reeds in 1855 bestond in Baden een voorschrift om deze ook op de kadasterkaarten te plaatsen en in de registers in te schrijven. In de laatste 50 jaar zijn diverse artikelen over de „Flurnamen" in de Duitse landmeetkundige tijdschriften verschenen. Vele schrijvers dringen op de zuivering van ingeslopen fouten aan. Zij proberen vaak de veldnamen te verklaren en te verzamelen. Menigmaal wordt de landmeters verweten dat zij zo vele namen „verballhornt" hebben. Een landmeter deelt uit zijn praktijk mede dat hij op een kadas- terkaart de naam Bierpfad aantrof. (47) Op een oudere kaart stond deze naam als Peerpfad vermeld. Dit was een dialectische schrijf wijze voor Pferdepfad. Dit voorbeeld zou in diverse landen met vele te vermeerderen zijn. Rohkam (53) merkt op dat over de foutieve schrijfwijze van de namen een hele litteratuur bestaat. Wat is de oorzaak van deze onjuiste schrijfwijze De voor naamste reden is m.i. dat de landmeter de mensen die de namen gebruikten vaak niet goed heeft verstaan. (150) Dat is niet on begrijpelijk, want meestal kwam de landmeter uit andere streken Bij Alva's komst in de Nederlanden week hij uit naar Duitschland en leerde aldaar den Prins van Oranje kennen. Hij trad in zijn dienst en verrichtte vele geheime zendingen, ter inzameling van gelden, vooral voor de soldij van het prinsenleger. Tijdens de beroemde belegering van Leiden in 1574 en 1575 was Van de Werff burgemeester in die stad en door zijn mannelijk gedrag en opwekkenden invloed werd Leiden voor het Vaderland gespaard, tot heilzaam voorbeeld van de zwaar geteisterde natie in dien tijd. Op vele wijzen werd zijn nagedachtenis geëerd; op 3 October is nog steeds het menu in de oude Sleutelstad: haringen met wittebrood en hutspot. NABESCHOUWING

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1957 | | pagina 39