ioo.ooo.en de veel kleinere „rockoons", waarvan er door de
V.S. 150 de hoogte zullen worden ingezonden, kosten 7.000.
per stuk. Ze zullen een hoogte kunnen bereiken van 100 tot 200 km.
De Ver. Staten zullen 6 a 10 kunstmanen lanceren, die met een
drietrapsvuurpij 1 tot 500 km omhoog worden gestuwd, en waarvan
de doorsnede ongeveer 70 cm is, het gewicht 10 kg en de snelheid
30.000 km per uur. Door radio-apparaten zullen signalen worden
uitgezonden, die tot op 1000 km afstand hoorbaar zullen zijn. Het
voordeel van de kunstmanen is, dat men rekent, dat ze minstens
enkele dagen zullen rondlopen, terwijl de vuurpijl slechts enkele
minuten zal leven. Botsen de kunstmanen met meteorieten, dan
zal dat door radiosignalen hoorbaar zijn. Ook kosmische straling
en zonnestraling zal men door de kunstmaan kunnen opvangen.
Men moet verwachten, dat na enkele dagen de kunstmaan in de
lagere dampkringzones zal wegzakken en door de grote hitte ten
gevolge van de daarin ondervonden wrijving zal verdampen.
Ten slotte zou ik U een korte mededeling willen doen over hetgeen
Nederland aan dit kolossale waarnemingsprogramma kan bijdragen;
de volgende voordrachten zullen daarop meer in detail ingaan.
Geen land kan het gehele programma volledig uitvoeren; het werk
moet worden verdeeld. Van 10 tot 15 september 1956 is dit in een
conferentie te Barcelona tot stand gebracht. De waarnemingen in
Nederland zullen ten eerste geschieden in het K.N.M.I., waarbij
ik de namen wil noemen van de hoofddirecteur Ir. Warners, het
hoofd der synoptische meteorologie Prof. Bleeker en het hoofd van
de afd. Seismologie en Geomagnetisme Prof. Veldkamp. Verder
door het Laboratorium voor Ionosfeer- en Radioastronomisch
onderzoek van de P.T.T., dat onder leiding staat van Ir. de Voogt;
dan verder in de Sterrenwacht in Utrecht onder leiding van Prof.
Minnaertdan in het natuurkundig laboratorium van de Gemeente
lijke Universiteit te Amsterdam onder leiding van Dr. Jongen, die
in het bijzonder de waarnemingen betreffende de kosmische straling
op zich neemt. Ik mag hier niet nalaten de nagedachtenis van Prof.
Clay te eren, aan wie een zo groot deel te danken is van wat wij
van de kosmische straling weten. Ten slotte noem ik het werk in
de radio-sterrenwacht te Dwingelo onder leiding van Prof. Oort.
Bovendien zullen nog waarnemingen geschieden in twee nieuwe
waarnemingsstations, hiervoor opgericht te Paramaribo en te
Hollandia op Nieuw-Guinea, die zeer gunstig liggen voor het
onderzoek in het Geofysische Jaar. Beide bevinden zich nl. in de
equatoriale gordel en bovendien in de twee voor het Geofysische
Jaar vastgestelde meridiaangordels. Er zullen aldaar aardmagne-
tische en ionosfeerwaarnemingen worden uitgevoerd. Ten slotte
wil ik vermelden, dat op Curasao astronomische lengtebepalingen
zullen worden uitgevoerd. Deze staan onder leiding van Prof.
Roelofs van het Geodetische instituut te Delft; de waarnemingen
op Curasao zullen worden uitgevoerd door Ir. Rolff en Ir. Scheep
maker.
343