RECHT EN ADMINISTRATIE Mr. ir. C. G. VAN HULS, De juridische en administratieve aspecten van de nieuwe H.T.W. Toen mij van de zijde van het bestuur der Vereniging voor Kadaster en Landmeetkunde werd gevraagd een korte voordracht te houden op deze vergadering, gingen mijn gedachten onmiddel lijk uit naar de nieuwe H.T.W. Aanleiding hiertoe was o.m. een kort na de verschijning door de redacteur-administrateur van dit tijdschrift gestelde vraag wat ik van deze Handleiding en in het bijzonder van de inleiding ervan dacht. Op het ogenblik, dat ik zijn vraag ontving, was ik nog vol komen onbekend met het feit, dat dit zowel naar inhoud als uiter lijk indrukwekkende boekwerk reeds verschenen was. Me reali serend, dat ik als bewaarder voor verstrekking van dienstwege kennelijk niet in aanmerking kwam, heb ik me gewend tot het hoofd van het bureau van de landmeetkundige dienst te Leeu warden, dat onmiddellijk bereid was mij een exemplaar in bruik leen af te staan. Des te meer heb ik dan ook de geste van de Directie Kadaster en Hypotheken gewaardeerd, die mij een uitnodiging tot bijwoning van de door Prof. ir. W. Baarda te geven instructie over het nieuwe werk deed toekomen. Van die uitnodiging heb ik dank baar gebruik gemaakt en in vele opzichten heeft deze instructie verhelderend gewerkt. Doch ook heeft ze mij gesterkt in de mening, dat het gehele werk in grote mate beïnvloed is door de juridische en administratieve constellatie van het kadaster. Dit spreekt bijna vanzelf. Want hoewel de Handleiding zo is samengesteld, dat zij bruikbaar is voor een ieder die zich met de landmeetkundige techniek bezig houdt, is zij toch in de eerste plaats bedoeld als de titel zegt het reeds een handleiding voor de technische werkzaam heden van het kadaster. Hetgeen tot gevolg heeft en moest hebben, dat er talrijke punten van aanraking en veelal ook overkappingen zijn aan te wijzen met en van het juridisch-administratieve terrein. En daarmede zijn we genaderd aan het vraagstuk of beter de vraagstukken die men wel eens aanduidt met de woorden „recht en techniek", de elementen waaruit men zich het kadaster opge bouwd kan denken. Veelal doet men het voorkomen of er tussen die twee begrippen een zekere tegenstelling bestaat. Dit is m.i. een onjuiste eenzijdige zienswijze. Het moet mogelijk zijn recht en 22 hypotheekbewaarder, Leeuwarden Voordracht gehouden in de algemene vergadering van de Vereniging voor Kadaster en Landmeetkunde te Arnhem op 13 april 1957.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1958 | | pagina 24