63
(PrP)
ïö57
a) bij de éénbasismethode: som van de twee hoogteverschillen
(basis-beginpunt) (eindpunt-basis). Bijv. op 7 juli Hw
(Ap3i-Bi6) (Ap2-Ap3i) 18,70 75,60 94,30 m;
b) bij de methode met de springstationssom van de vijf, respec
tievelijk vier hoogteverschillen van de secties, bepaald op 6 juli,
resp. 10 oktober. Bijv. op 10 oktober, meting I, Hw 60,30
0,60 3,14 12,77 76,81 m.
Het resultaat van de vereffening is meegedeeld in tabel 2.
Vergelijking van kolom IV met kolom V, in welke laatste de
reeds eerder meegedeelde geschatte standaardafwijking m uit de
onvereffende berekening is vermeld, leert ons, dat in het algemeen
een verbetering van het resultaat is verkregen. Het resultaat van
dë metingen dd. 8 juli en 11 oktober II is onveranderd gebleven.
De geschatte standaardafwijkingen, bepaald op 6 en 7 juli, 10
oktober I en II, 11 oktober I ondergingen een verbetering van
resp. 30%, 80%, 25%, 6% en 20%. De beide meetmethoden: met
springstations en met één basis onderscheiden zich niet van elkaar,
wat de nauwkeurigheid van hun resultaten betreft.
In de formule voor de geschatte standaardafwijking m
is (voorlopig) g; 1 gesteld. Wanneer men zich realiseert, dat de
waarnemingen 10 of 15 maal zijn herhaald en dat de vereffening
is uitgevoerd met de gemiddelde waarden van deze series waar
nemingen zal men bij de toetsing van de geschatte standaard
afwijking nu zeker een gewicht 10 resp. 15 in rekening willen
brengen. Met het ons ter beschikking staande waarnemingsmateriaal
kunnen we een vrij betrouwbare schatting van de standaard
afwijking in de enkele waarneming p} van een luchtdrukverschil
p maken.
TABEL 3.
Tijd
Barom.
A
Barom.
B
(A-B)
Pi
Si
Ap. 29
Ap. 29
10.54 uur
2152
1667
485
—0.5
2152
1667
485
—o,5
2152
1667
485
—o,5
2151
1665
486
0,5
2151
1666
485
~-o,5
2152
1667
485
0,5
2153
1667
486
0.5
2159
1663
486
0,5
2147
1660
487
i,5
11.03 uur
2142
485
°»5
P 485,5
