geest duidt. De nieuwe nuance van de betekenis van „automaat"
klopt dus etymologisch beter dan de oude.
De ontwikkeling in het tijdperk der automatisering vertoont
alle kenmerken van een revolutie. In de eerste plaats is daar het
tempo. Duurde het bij de eerste industriële revolutie een halve
eeuw aleer Newcomens' eerste stoommachine tot een graad van
volmaaktheid was ontwikkeld door Watt en wederom een halve
eeuw voordat Carnot de theorie der warmte-krachtwerktuigen
schiep, zo is bij de automatiseringsrevolutie deze gehele begin
periode hooguit op één decennium te stellen.
Ook heeft een „Umwertung aller Werte" plaats. Het is gebleken
dat de sinds eeuwen bestaande scheidingslijn tussen hoofdarbeid
en handenarbeid als hoogwaardige en lager aangeslagen arbeid
verkeerd getrokken was. Ook een groot deel van de denkarbeid
der witte-boord-arbeiders is ontmaskerd als te zijn routine-arbeid
en derhalve vatbaar voor automatisering. En hier moet niet alleen
aan de zuiver administratieve arbeid worden gedacht!
Zoals hiervoor reeds bleek, is de toepassing van de rekenautoma
ten niet beperkt tot zuiver rekenwerk. Zo is het niet verwonderlijk
dat van de nieuwe techniek in steeds meerdere mate gebruik wordt
gemaakt in de administratieve sector. Hier wordt namelijk reeds
gewerkt met codificeerbare elementen cijfers en letters. Willen
we hier het volle profijt hebben, dan moeten we bereid zijn in het
maatschappelijk leven rekening te houden met het bestaan van
administratieve machines. Verouderde administratieve gewoonten
en wettelijke bepalingen, die het gebruik van machines in de weg
staan, dienen te worden herzien.
Een zeer belangrijk probleem dat om oplossing vraagt is het
construeren van een machine die ons handschrift kan lezen. Het
is jammer dat we menen aan onze beschaving verplicht te zijn
onleesbaar te schrijven. Het Keltische schrift, Ogam, zou voor een
machine veel gemakkelijker zijn geweest.
De steeds grotere groei van de administratie in het semi-auto-
matische tijdperk met zijn kantoormachines heeft een sterke
centraliserende tendens opgeroepen, daar dikwijls alleen een gecen
traliseerde administratie efficiënt kon werken. Een efficiënte
bedrijfsvoering moet echter vaak gedecentraliseerd zijn in verband
met een eventueel geografisch gespreid produktieapparaat of alleen
al omdat een gecentraliseerde leiding van een zéér groot bedrijf
niet soepel genoeg werkt. De nieuwe techniek nu maakt een gecen
traliseerd administratief systeem mogelijk onder behoud van een
gewenste graad van autonomie der onderafdelingen. Hiertoe
worden de onderaf delingen eventueel door middel van elektrische
communicatiemiddelen verbonden met een centraal informatie
verwerkingssysteem. Dit laatste kan dan naar behoefte optreden
als staforgaan van zo'n onderafdeling dan wel ten behoeve van
de centrale leiding.
Het gevaar dient wel te worden onderkend dat de nieuwe middelen
go