136 (res. 2 april 1930, nr. 89) dat voorlopig uit hen die aan de Landme terscursus te Wageningen studeerden, geen studenten meer zouden worden aangewezen aan wie de toezegging werd gedaan, dat zij na het volbrengen van hun studie, benoemd konden worden tot adspirant-landmeter. Pas in 1939 zijn weer afgestudeerde civiel- landmeters in dienst genomen. Het aldus ontstane hiaat in de geregelde aanvoer van jonge landmeters doet zijn invloed helaas nog steeds gelden, vooral in de huidige tijd van personeelsschaarste. MR. H. IWEMA 3 aug. 1882 19 juni 1954 Maar aan genoemde indienstneming was een en ander vooraf gegaan. Op 1 maart 1936 was een 18-tal civiel-landmeters bij het kadaster op arbeidscontract werkzaam gesteld, zonder op vaste aanstelling aanspraak te kunnen maken, doch waarbij het vooruitzicht bestond, dat later vestiging mogelijk zou zijn als landmeter, niet in ambte lijke dienst, maar op de voet van het rapport van de Commissie- Schermerhorn, ingesteld door de Minister van Financiën in 1934. Dit rapport kwam uit in 1935; het ging over de samenwerking van de landmeetkundige dienst met particuliere landmeters. Het landmeten als vrij beroep heeft hier te lande echter weinig opgang

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1958 | | pagina 38