de orde van de dag. Talloze gemeenten en overheids- of semi-
overheidsbedrijven kwamen zo in het bezit van lager landmeet
kundig personeel, dat eerst bij het kadaster zijn opleiding kreeg en
er daarna praktisch werd gevormd. Deze werkgevers betaalden
veelal een salaris, dat aan middelbaar-technisch, doch niet aan
lager technisch personeel toekwam. De metingsaanvragen van
particulieren kwamen in groter getale dan ooit te voren. De enorme
uitbreiding van de ruilverkavelingswerkzaamheden (die vóór alles
moesten worden uitgevoerd, wijl anders de zo gewenste rationalisatie
in de landbouw geen voortgang zou hebben) veroorzaakte over
heveling van het personeel van de gewone dienst naar de ruil-
verkavelingsdienst.
In de Tweede Kamer kwamen steeds klachten over de toenemen
de achterstand, zowel in het Voorlopig Verslag als bij de begrotings
debatten, speciaal in de vergaderingen van 16 november 1954 en
6 februari 1957! De toename van het werk in die mate als genoemd,
was niet te voorzien. Nieuw vakkundig personeel kan men niet
opkweken in enkele maandendat geldt voor middelbaar-technische
krachten even goed als voor landmeters.
Gelukkig dat het Hoofdbestuur de laatste jaren meer en meer
aan de door Stoorvogel gedane voorstellen gevolg heeft willen
geven.
Aan de opleiding tot tekenaar aan het C.T.O. werd sterke
uitbreiding gegeven.
De vervaardiging van een soort stamplans op film, waarvan
gemakkelijk lichtdrukken zijn te maken, werd op grote schaal ter
hand genomen. De reproduktieafdeling van het kadaster te Amster
dam verkreeg een veelsoortig modern instrumentarium.
Theodolieten, planimeters en rekenmachines konden in grote
aantallen worden aangeschaft.
Meer en meer zijn dienstauto's in bedrijf gesteld voor de veld
dienst de gehele evolutie van fiets tot volkswagen heeft Stoorvogel
in zijn tijd meebeleefd. En wat zijn er de laatste jaren verscheidene
typisch ige-eeuwse kadasterinterieuren omgetoverd in moderne
kantoorinrichtingen met stalen meubels en praktische kasten.
Veel achterstand is er hierbij ingehaald.
Stoorvogel is ook inspecteur van de hypotheken geweest; niet
alleen inspecteur van het kadaster. De bewaringen hadden zijn
bijzondere zorg, al was zijn positie hierbij niet zo gemakkelijk,
omdat de hypotheekbewaarders immers rechtstreeks onder de
directeurs van 's Rijks belastingen ressorteren. Hij zag echter het
grote belang in van een centraal toezicht op alle bewaringen,
waardoor meer eenheid in de toepassing van de voorschriften
gewaarborgd was.
De wet betreffende de vernieuwing van de hypothecaire inschrij
vingen te Nijmegen (waar bijna het gehele archief van het hypotheek
kantoor in 1944 door brand werd verwoest) eiste uitgebreide
uitvoeringsvoorschriften, die onder Stoorvogels leiding werden
147
