148
gemaakt en die een vlot verloop van de vernieuwing hebben
bevorderd.
Omvangrijk waren ook zijn bemoeiingen bij de inrichting van
een Nederlands kadaster voor de grenscorrectiegebieden, waarvoor
eerst zowel de Duitse grondboekbescheiden als de aanwezige
kadastrale plans en registers uit Duitsland moesten worden gehaald.
Voor wijzigingen van gemeentegrenzen, wanneer dit tevens wijziging
van het ambtsgebied van een bewaring moest meebrengen, werden
meer efficiënte voorschriften samengesteld.
De wet H 66, die een meer moderne wijze van in- en overschrijving
mogelijk maakte, was even voor de instelling van de afdeling
K. en H. tot stand gekomen. De regeling van de methode die de
in- en overschrijving bewerkstelligt door het in bewaring nemen
van een door de aanbieder vervaardigd afschrift op formulier van
het ter in- of overschrijving aangeboden stuk, was een der best
geslaagde resoluties, opgesteld aan de afdeling K. en H. De blad
schrijvers werden hierdoor overbodig, de registers werden gemakke
lijk hanteerbaar en veel beter leesbaar; veel sneller dan vroeger
kan het relaas van in- of overschrijving door de bewaarder worden
afgegeven.
Met de nieuwe wijze van bijhouden van het register nr. 69a,
waarvan hiervoor al sprake was, vormt de methode van in bewaring
nemen van afschriften een grote omkeer in de hypothecaire boek
houding, waardoor het werk van de beëdigd klerk ten hypotheek-
kantore veel van zijn belang heeft verloren.
Nadat de rapporten van de commissie-Abbing, hierboven
genoemd, weinig resultaat hadden opgeleverd, werd tot oplossing
van het beëdigd-klerkenprobleem bij resolutie van 19 januari 1940,
nr. 125 een nieuwe commissie ingesteld, die op 9 juni 1943 verslag
uitbracht.
Het rapport van deze commissie-Penris bood een voortreffelijke
oplossing (ook dit is niet gepubliceerd)na de oorlog heeft Stoor
vogel meer dan eens getracht de zaak doorgang te laten vinden,
door aan de voorstellen van de commissie gevolg te geven. Echter
moest eerst een wijziging van de wet betreffende de hypothecaire
en kadastrale tarieven worden bewerkstelligd.
Aan laatstgenoemde taak, of liever aan het opstellen van een
geheel nieuwe wet regelende de tarieven voor bewezen diensten
door „Kadaster en Hypotheken", heeft Stoorvogel nu 11 jaren
gearbeid, zij het met diverse tussenpozen. Bij zijn afscheid van
de dienst is het een grote teleurstelling voor hem, dat hij bedoelde
wet niet meer in zijn ambtelijke tijd in het Staatsblad heeft zien
komen en dat ook de beëdigd-klerkenkwestie onopgelost is gebleven.
Hiertegenover staat, dat hij een andere lang gekoesterde wens
wel in vervulling heeft zien gaan. Bij K.B. van 12 augustus 1957*
nr. 35 is een Staatscommissie in het leven geroepen, die de maat
schappelijke functie van het kadaster zal bestuderen, daarbij
nagaande wat de juridische en planologische betekenis is van de