i83
de Ruil ver kavelings wet 1954, maar de bedoeling is toch dat slechts
de agrarische waarde ter beschikking blijft van de gezamenlijke
eigenaren, terwijl de meerwaarde tengevolge van andere dan agra
rische factoren (bouwterreinwaarde) ten goede komt aan de eige
naren die hun percelen moeten afstaan aan het openbare lichaam.
Teneinde niet de indruk te wekken, dat de grondaankoop van
de S.B.L. uitsluitend dient voor krotopruiming, zou het beter zijn
geweest in de laatste zin op blz. 153 het woordje ,,ook" toe te
voegen.
Op blz. 288 zegt de schrijver, dat een ruilverkaveling in Nederland
ongeveer 1250.per ha kost. Dat is verleden tijd. Zonder de
administratieve kosten, die ongetwijfeld de laatste jaren een respec
tabele hoogte hebben bereikt, bedragen de kosten thans gemiddeld
het dubbele per ha.
Op blz. 310 lezen we, dat bezwaren tegen de ruilverkavelingsrente
kunnen worden ingediend bij de Ged. Staten. Dit is niet juist,
daar dit soort bezwaren immers moet worden afgedaan bij de
lijst van geldelijke regelingen.
Helaas lezen we ook bij deze schrijver, dat het trage afwerkings
tempo zowel in Nederland als in Frankrijk vooral te wijten is aan
personeelstekort, hoofdzakelijk landmeters (blz. 345 en 346). Tot
deze uitspraak komt de schrijver o.a. door minder juiste voor
lichting van de zijde van het kadaster zelf. Zo haalt hij een gedeelte
aan uit een artikel van de heer Teeling, die in het „Orgaan van
de Vereniging voor Technisch Ambtenaren van het Kadaster" van
mei 1957 schrijft: „Wie vandaag op een stemmingsvergadering
vóór een ruilverkaveling stemt, heeft kans, dat hij in 1970 de eerste
werkzaamheden voor de grondomlegging een aanvang ziet nemen".
Hoe de heer Teeling tot deze uitspraak komt is mij een raadsel,
daar toch tot nu toe de toestand zo is, dat alle objecten waarvoor
tot ruilverkaveling wordt besloten, onder handen worden genomen
nadat de Plaatselijke Commissie door de Gedeputeerde Staten is
benoemd (dit is ongeveer een half jaar na de stemming).
Aan welke andere oorzaken in de toekomst het te trage afwer
kingstempo nog meer te wijten zullen zijn, kan voorlopig buiten
beschouwing blijven; thans kunnen als oorzaken o.a. worden
genoemd het perfectionisme bij de uitvoering, de eindeloze discus
sies met tal van organen, het langdurig uitblijven van dringend
noodzakelijke beslissingen, het steeds weer veranderen van gemaakte
plannen. A. Govers
W.P.N.R. nrs. 4521, 4527, 4528. De hypotheekbewaarder
Mr. D. P. A. Nakken heeft in W.P.N.R. enige hoofdartikelen
gepubliceerd, die de boekhouding op de grond tot onderwerp
hebben.
In W.P.N.R. 4321 behandelt hij een aantal vragen die betrekking
hebben op „overschrijvingen en overboekingen". Welke stukken
kunnen worden overgeschreven in de openbare registers en is de