3»9
met een afschrijvingstijd van tien jaar, dan blijken de kosten
ongeveer overeen te komen met het arbeidsloon van vier rekenaars.
Nu er blijkbaar mogelijkheden zijn waardoor automatische
rekenmachines ook onze werkzaamheden kunnen verlichten, lijkt
er mij wel enige aanleiding te bestaan op deze plaats enkele op
merkingen te maken met betrekking tot het rekenen met dit soort
rekenmachines. Hierbij heb ik de Auto-point computer IBM-610
gekozen als machine, waarnaar ik af en toe zal verwijzen, daar dit
één van de machines is, die het gebied bestrijken tussen de conven
tionele kantoorrekenmachines en de grote elektrische computers.
Een automatische rekenmachine is in opzet een nauwkeurige
kopie van de ouderwetse, echter nog veel gebruikte, handreken
machine of van de elektrische rekenmachine. Bij het rekenen met
de handrekenmachine spelen vijf elementen een rol.
Het centrale element is daarbij het eigenlijke telwerk, de afdeling
dus waar de berekeningen plaats vinden. Om te kunnen rekenen
moeten eerst de gegevens in de machine worden gebracht. Dit
geschiedt via het instelbord. Het resultaat van de berekeningen
vinden we in het resultaatregister. Behalve deze drie elementen,
die dus onderdelen van de machine zijn, hebben we nog als ge
heugenorgaan het blad papier of rekenformulier, waarop we o.a.
tussenresultaten uit een berekening noteren. De rekenende mens,
die de volgorde van de berekeningen bepaalt en deze daarna uit
voert, moet tenslotte worden beschouwd als het vijfde element,
dat bij het machinerêkenen een rol speelt.
De Auto-point computer IBM-610.