336
over kaarteren op graveerfolie, een onderwerp dat eigenlijk meer
op het terrein van Commissie III thuis behoort. De inhoud van en
een toelichting op ieder rapport werd in het kort gegeven door de
rapporteur in één der officiële congrestalen. Tolken verzorgden dan
het overbrengen in enkele andere talen. Tevoren hadden de con
gressisten een kopie van de rapporten ontvangen, om de onder
werpen te kunnen bestuderen.
Bij de behandeling van elk rapport werd de gelegenheid gegeven
tot discussie. Uit deze discussie zijn interessante dingen naar voren
gekomen. Zo werd bijv. gepleit voor een kadaster voor meerdere
doeleinden, een universeel kadaster dus. Hoewel het kadaster heeft
bewezen zijn betekenis te hebben bij het registreren van rechten op
onroerend goed en als basis voor de inning van grondbelasting is
het de vraag of wel voldoende aandacht werd besteed het ook aan
andere eisen te kunnen laten voldoen.
Het kadaster kan voorzien in de documentatie voor de waardering
van de grond, het heeft zijn betekenis voor planologische doeleinden,
voor de statistiek, voor research en voor wetenschappelijke doel
einden, als ook voor de samenstelling en de bijwerking van topo
grafische kaarten.
Indien het kadaster voor deze doeleinden wordt benut kan dit
wijzigingen in de kadastrale administratie met zich mee brengen.
In Duitsland bijv. heeft men ter gelegenheid van de inschrijving
in het kadaster van de resultaten van de waardering van de grond
afgezien van de registers en is men overgegaan tot het gebruik van
ponskaarten. Commissie II heeft er bij de bespreking van de
programmapunten voor de eerstkomende jaren terdege mee rekening
gehouden, dat het kadaster in het algemeen op meer punten ge
wijzigd zal dienen te worden om tot een economisch en rationeel
gebruik ervan te kunnen komen. Tot slot wil ik wijzen op het
nationale rapport van Zwitserland. In dit land is het mengelmoes
van kantonale wetboeken in 1912 vervangen door het nationaal
burgerlijk wetboek. Dit wetboek voorziet in een grondboek, voor
het gehele land gebaseerd op een officiële opmeting. Het Zwitsers
kadaster is aldus een juridisch kadaster.
Het grondboek en de kadastrale opmeting hebben tot onderwerp
het onroerend goed zelf. Dit is geïndividualiseerd, in zekere zin
gepersonifieerd door het kadastrale perceel. Men opent in het
grondboek een artikel voor ieder perceel en registreert al de juri
dische bijzonderheden en alle wijzigingen in de reële rechten die
het perceel betreffen. Er is dus geen registratie van het onroerend
goed op naam van de eigenaar. Dit systeem is eenvoudig, precies
en beknopt. Het maakt het kadaster mobiel, het vereenvoudigt de
recherche van de rechten en de plichten die drukken op het on
roerend goed, het is wellicht meer geschikt voor de ontwikkeling
van de mechanische administratiekortom, het Zwitserse kadaster,
modern van opzet in de administratie en in de opmeting, verdient
alle aandacht.