1
24
landmeetkundige aard, de metingen, en de uitwerking hiervan de
meeste tijd vragen van de drie vermelde taken. Deze werkzaam
heden kunnen aanzienlijk worden beperkt. Om dit te bereiken is
zowel in Duitsland als in het kanton Waadt de voorwaarde gesteld
zoveel mogelijk gehele percelen te ruilen. De inmeting van eventuele
nieuwe grenzen dient zo eenvoudig mogelijk te gebeuren.
Hoofdstuk 2 behandelt de grondslagen voor de beoordeling
van de urgentie van ruilverkavelingen en andere cultuurtechnische
activiteiten. Als eerste beginsel waarop deze grondslagen rusten
wordt in par. i verklaard, dat het betrokken gebied gedurende de
eerste 30 a 40 jaar vrijwel zeker een agrarische bestemming moet
houden. De grote investeringen moeten hun geld opbrengen. De
C.C.C. zegt vervolgens dat „werken met een korte technische
afschrijvingsperiode als bijvoorbeeld drainages, verbetering van
kleine watergangen en sloten al spoedig verantwoord zijn". Ik meen
dat in deze opsomming ook de administratieve ruilverkaveling
thuis hoort.
Hiervan mogen de kosten toch zeker niet meer dan enige tien
tallen guldens per ha bedragen. Een afschrijvingsperiods van 5 a 10
jaar is hier niet te groot.
Er zullen gebieden bestaan waarvan men niet zeker weet of de
agrarische bestemming 30 a 40 jaar ongewijzigd blijft, maar waarvan
men wel de zekerheid heeft dat zij 15 a 20 jaar hun agrarische be
stemming behouden. Deze gebieden zouden dus, althans wat de
afschrijvingskosten betreft, wel in aanmerking kunnen komen voor
een administratieve ruilverkaveling.
Het gebied waarop men een administratieve ruilverkaveling wil
toepassen moet, aldus het Meerjarenplan, aan enige voorwaarden
voldoen
,,a. de waterbeheersing moet aan redelijke eisen voldoen; het be
staande stelsel van watergangen en sloten moet een verant
woorde herindeling van de grond mogelijk maken;
b. het landbouwwegenstelsel mag niet te grote gebreken ver
tonen zowel wat betreft ligging als kwaliteit van aardebaan en
verharding
c. de bedrijfsgebouwen moeten op aanvaardbare wijze in het
gebied verspreid liggen zodat een redelijke gemiddelde afstand
tussen gebouw en te vormen kavels te verwezenlijken is;
d. bodemprofiel, cultuurtoestand en ligging van het maaiveld
moeten voldoende gelijkmatig zijn, zodat een samenvoeging
van percelen, welke aan redelijke eisen voldoet praktisch
mogelijk is."
Ter beperking van de landmeetkundige werkzaamheden zou ik de
volgende voorwaarden nog willen noemen
1. De kwaliteit van de te gebruiken bestaande kadastrale kaarten
moet redelijk zijn. Gebieden, die aan de punten a tot en met d