53 machine vrijwel onontbeerlijk is, maar bovendien heeft het, hoewel de grondgedachte reeds van Euler stamt, geduurd tot 1927 eer een voldoend nauwkeurige meettechniek ontwikkeld was. In dat jaar worden de eerste proeven ondernomen door de Poolse geodeet Banachiewicz, die in Lapland de zonsverduistering „kinematografisch opneemt", zoals dat heette in die tijd. Hij filmt de slinkende, verdwijnende en weer verschijnende zonneschijf en registreert elk opnamzmoment nauwkeurig. De behaalde resultaten zijn zo bemoedigend, dat het Geodetische Instituut in Helsinki besluit de eclips van 1945, die Finland zal passeren, te gebruiken voor verdere experimenten met verbeterde apparatuur. Het principe blijft gelijk: men filmt de zon terwijl zij achter de maan geleidelijk schuil gaat en weer te voorschijn komt. Maar ook probeert men een principieel verschillende methode van de Zweed Lindblad: waarneming van de snelle overgang van het continue spectrum van het licht van de photosfeer naar het emfssfespectrum van de chromosfeer. Ook deze proefwaarnemingen hebben, ondanks vrij veel storing door bewolking, een bevredigend resultaat. Een volledige mislukking, maar niet gans onverwacht, wordt het fotograferen vanuit een vliegtuig van de maanschaduw op het aardoppervlak. In het rapport hierover lezen we het volgende. De foto's bevestigden deze visuele waarneming. Het beeld van de van-continent-tot-continent voortijlende schaduw, dat ik gebruikte, kan dus slechts als illustratie dienen, niet als grondslag voor een of andere meet-techniek. De zonsverduistering van 20 mei 1947 zou in geodetisch opzicht zeer belangrijk worden: de maanschaduw zou de aarde treffen in Chili, door Brazilië gaan, de Atlantische Oceaan oversteken, bij de Goudkust het Afrikaanse continent bereiken en dat doorkruisen tot in de Soedan. Het Finse Geodetische Instituut, zich door ervaring sterk voelend, zendt twee expedities uitéén naar Brazilië en één naar Afrika. Met de speciaal voor het doel geconstrueerde geluidsfilmcamera's wordt de eclips aan beide zijden van de oceaan opgenomende geluidsstrook van de film dient voor het registreren van radio-tijdsignalen. In tegenstelling met verscheiden andere expedities hebben de Finnen geluk; op beide stations wordt de waarneming niet of weinig door bewolking gestoord. Hoe het intussen aan de Goudkust zo nu en dan toch heeft gespannen, lezen we in het logboek: Toen er nog één minuut was vóór de zon geheel bedekt zou zijn, was de maanschaduw zichtbaar op het zee-oppervlak. De schaduw leek vrij scherp. Terwijl ze echter naderbij kwam, werd ze vaag en vager, haar vorm scheen ze op een of andere ongewone wijze te verliezen en ze nam ons in zich op. Naar beneden kijkend zagen wij op de grond geen duidelijke schaduwrand. Terwijl de zon geheel verduisterd is zien we een zware wolkenbank op stijgen boven het oerwoud. Van secunde tot secunde volgen we in de

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1959 | | pagina 11