46 wikkeld voor precisienavigatie, zowel op zee als in de lucht. In de plaats van of naast de klassieke methoden, die gebruik maken van in de natuur voorhanden oriëntatiemiddelen aardmagne tisme, zwaartekracht en sterren kwamen diverse systemen van elektronische plaatsbepaling. Netten van referentiekrommen, door speciale radiozenders-op-de-wal gespannen over uitgestrekte delen van het oppervlak der aarde, stellen de zeeman of de vlieger nu in staat zijn positie te bepalen met een nauwkeurigheid zo hoog als nooit tevoren. Een nauwkeurigheid, die intussen gevaren met zich brengt, met name daar waar de zee- of landkaarten, waarop men zijn radio positie uitzet, minder betrouwbaar zijn dan het elektronisch coördinatennetwerk dat ze overdekt. Anders gezegd: daar waar het kaartbeeld verschoven ligt ten opzichte van het radiocoördi natenstelsel. De mogelijkheid is dan immers niet uitgesloten, dat de zeeman, zich verlatende op deze combinatie van radioplaats en kaart, zich op een veilige afstand van de kust waant, terwijl hij in werkelijkheid gevaar loopt te stranden. Dit enigszins gedramatiseerde beeld moge het duidelijk maken, waarom de geodeet zich steeds als doel stelt en moet stellen, voor zijn metingen en berekeningen, die ten grondslag liggen aan de kaart, een precisie na te streven, die een orde groter is dan die van het nauwkeurigst navigatiemiddel in zee- of luchtvaart. Het is niet zozeer het terrein detail waarom het gaat, want dat is over het algemeen voldoende juist in kaart gebracht. Het probleem ligt in het bepalen van de onderlinge ligging van de af zonderlijk opgemeten en gekaarteerde landen, die bestreken worden door eenzelfde elektronisch navigatiestelsel. Laat ik dit mogen toelichten met een voorbeeld dicht bij huis. Met het oog op de invasie van de geallieerde legers van Engeland uit in Frankrijk, werd door de bekende gramofoonplatenfabriek in Londen, Decca, die in de oorlogsproduktie ingeschakeld was, een navigatiesysteem ontwikkeld, dat na de oorlog een ruime toepassing vond en nog steeds vindt voor de handelsscheepvaart in het Noordzeegebied. Omdat het Deccacoördinatenstelsel alle Noordzeelanden bestrijkt, zouden deze, om de zojuist beschreven moeilijkheden te vermijden, in de juiste onderlinge positie moeten zijn in kaart gebracht. Dit nu was aanvankelijk geenszins het geval; elk land had zijn eigen coördinatenstelsel in zijn eigen coördinaten vlak en zijn eigen projectiesysteem vanuit dat vlak naar het kaartvlak. Hiaten of overlappingen van vele tientallen, soms honderdtallen meters aan de landsgrenzen waren het gevolg. De bezwaren, die dit ook bij de oorlogvoering te land reeds had gegeven, leidden ertoe, dat onder druk en leiding van de U.S. Army Map Service de driehoeksnetten van alle landen van Europa in één stelsel werden herberekend, waardoor de basis werd ver-

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1959 | | pagina 4