50 Een flits van genialiteit, men pleegt dit geluk te noemen of toeval of een gelukkig toeval, doet de leidende ingenieur de lastige storing als een interessant verschijnsel zien. Hij beseft dat de grootte der verschuiving van het bij beeld hem in staat stelt het verschil van weg en omweg te berekenen. Het moet derhalve mogelijk zijn een apparaat te bouwen speciaal om afstanden te bepalen. Met nog slechts een vaag idee omtrent het nut (voor blindvliegen kan het wellicht bruikbaar zijn) slaat men deze zijweg in. Twee instrumenten worden gebouwd en opgesteld in ver van elkaar gelegen punten. Een radiosignaal uitgezonden door het ene instrument, wordt door het andere ontvangen en weer terug gezonden. Lit de tijd die het signaal erover doet om de heen- en terugweg af te leggen en de bekende snelheid, kan de afstand tussen beide punten worden berekend. Reeds de eerste proeven geven een bevredigende uitkomst en de R.C.A. de oorlog is inmiddels uitgebroken biedt de vinding aan de luchtmacht aan. Met opzet, om het aanbod niet onwerkelijk te doen lijken, noemt men een nauwkeurigheid die slechts een tiende is van wat men reeds bereikt heeft. Toch leidt de schijn van „te mooi om waar te zijn" tot twijfel en vertraging in de verdere ontwikkeling. Het is pas in het najaar 1944 dat de Shoran-methode in de oorlog voering wordt gebruikt om bommenwerpers nauwkeurig boven hun doel te brengen, letterlijk en figuurlijk met éclatant succes. De hoge nauwkeurigheid in afstandsmeting, die Shoran bewijst te kunnen leveren, heeft inmiddels de aandacht getrokken van de geodeet. In nauwe samenwerking met de elektronicus past hij de methode en de instrumenten aan landmeetkundige eisen aan en het gehoopte resultaat wordt inderdaad bereikthet is nu mogelijk de afstand tussen zeer ver van elkaar gelegen punten rechtstreeks en zeer nauwkeurig te bepalen. Achthonderd kilometer is de grootste afstand die tot heden „in eens" gemeten is; dat is gelijk aan Delft- Milaan! Ook hiervoor heeft men een vliegtuig nodig. Het vliegt op een constante hoogte dwars over het midden van de te meten lijn en zendt signalen uit, die in de eindpunten van de lijn ontvangen worden en teruggezonden. In het vliegtuig wordt de tijd gemeten, die elk signaal gebruikte om heen en terug te reizen, en daaruit kan elk der afstanden vliegtuigeindpunt worden afgeleid. Het is duidelijk dat, naarmate het vliegtuig de lijn in kwestie nadert, de som van deze twee afstanden voortdurend afneemt, tot een minimum wanneer men de lijn passeert en daarna weer groter wordt. Door de aldus bepaalde minimum-som-der-afstanden naar zeeniveau te projecteren, krijgt men de gevraagde lengte van de lijn op aarde. Boven één enkele afstand echter, verdient een driehoeksnet de voorkeur: een mozaiek van driehoeken met zijden van enige

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1959 | | pagina 8