"9
gesteld volgt dan de officiële tervisielegging van de toedeling, de
behandeling van de ingediende bezwaren door plaatselijke com
missie, rechter-commissaris en rechtbank, het opmaken van de
akte en de kadastrale toepassing.
Ik moge de aandacht erop vestigen, dat voorlopige tervisieleg-
gingen een extra belasting betekenen voor de ruilverkavelingsdienst.
Indien plaatselijke commissie en cultuurtechnische dienst aandrin
gen op deze maatregelen, die in het belang van de landbouwers
kunnen zijn, dan dienen de landbouwers het ongerief dat de ka
dastrale administratie en de werkelijke toestand gedurende enige
jaren niet met elkaar in overeenstemming zijn op de koop toe te
nemen. Overigens ontstaat dit ongerief al op het ogenblik dat de
eerste weg die percelen doorsnijdt in een ruilverkaveling wordt aan
gelegd of wanneer complexwerken worden uigevoerd. En dit ge
beurt wel op tijdstippen, die zes a zeven jaren liggen vóór de ka
dastrale toepassing.
Deze gehele zaak is niet eenvoudig op te lossen. Tegen een prin
cipiële behandeling van het probleem, met beschouwing van alle
facetten, is geen enkel bezwaar (zie ookTijdschrift voor Kad. en
Landmeetkunde, 1959, nr. 1, blz. 23). Het plaatsen van een op
merking als in het verslag van de provincie Limburg is gedaan, is
echter weinig elegant en levert geen bijdrage om tot een oplossing
te geraken.
Hoofdstuk 6 behandelt doel, werkwijze en verrichte werkzaam
heden van de Stichting Beheer landbouwgronden (S.B.L.).
Een „Woord vooraf", en aan het einde vier bijlagen, vermeldende
commissies, diensten, de tekst van de stichtingsakte van de S.B.L.
en een litteratuurlijst, alsmede samenvattingen van het verslag
in de engelse, duiste en franse taal completeren het jaarverslag.
Tenslotte enige getallen: In het verslagjaar werd een aantal blok
ken met een gezamenlijke grootte van 30.450 ha in stemming ge
bracht; in uitvoering was op 31 december 1958 een oppervlakte van
200.940 ha, terwijl 9.790 ha gereed kwam. Geïnvesteerd werden
188,3 miljoen gulden, waarvan 95,2 miljoen gulden in ruil- en
herverkavelingen. Over de gehele lijn is het subsidiepercentage ver
laagd, voor ruilverkavelingen tot maximaal 70%.
Ik hoop dat ik door de bespreking van de inhoud, door het uit
brengen van wensen en door het leveren van kritiek, de lezer van
deze recensie heb aangespoord het jaarverslag te bestuderen.
De tijd die men hieraan besteedt is geen verloren tijd!
Prof. ir. G. F. Witt
Ir. P. D. Krijger en Ir. R. Maris, Cultuurtechniek. 190 blz.,
92 foto's en tekeningen, 14 X 21 cm. J. B. Wolters, Groningen,
1959. Prijs 5,90.
Een keurig verzorgd werkje voor hen, die enigermate op de
hoogte willen zijn van het in de titel genoemde onderwerp. Het