i68 Analoog is de functie voor <v op te stellen voor de linker en rechter zones van het patroon. Figuur 2 toont het correctieschema voor de middenzone van het rode patroon. Het is opgezet voor de intervallen A L 8 en A y 6 km, de correcties zijn aangegeven in meters. De overige correctieschema's gaven soortgelijke resultaten. Gezien de kaarteer- nauwkeurigheid en de kaartschaal is hiermede het vlakke hyper bolenpatroon ondeugdelijk bevonden. Echter hebben wij hiermede tevens een bijzondere methode getoond, waarop het deccapatroon is te berekenen. De resultaten van het vlakke hyperbolenpatroon worden nl. als benadering van het deccapatroon geïntroduceerd en door correctie daartoe herleid. De correctieformules zijn echter, gelijk vermeld, tamelijk gecom pliceerd en vergen veel instructies aan het rekenapparaat, dus Zebra-tijd. Er is tijd en dus geld te sparen, indien deze gecompli ceerde berekening enkel voor de hoekpunten van een sectie zou worden uitgevoerd en de correcties voor de overige punten door lineaire interpolatie zouden kunnen worden bepaald. Het regel matig verloop der correcties volgens fig. 2 voorspelt ons succes bij deze gang van het rekenproces. Bij een sectie van ioooo punten zou een besparing worden bereikt van 384000 instructies, hetgeen een Zebra-tijd vertegen woordigt van 384000 x 30 milliseconden, ofwel van ruim 3 uur. Het correctieschema heeft gediend om de sectiegrenzen mede vast te stellen onder het in aanmerking nemen van de toelaat baarheid dezer interpolatiemethode. De tolerans van het verschil tussen rechtstreeks berekende en door interpolatie berekende correcties aan het vlakke patroon wordt wederom afgestemd op de kaartschaal in verband met de tekennauwkeurigheid. Een kaarteernauwkeurigheid van 0,1 mm op schaal 1 5000 komt over een met 50 cm op het rerrein. Veiligheidshalve is 25 cm genomen als tolerans voor de afwijking der deccalijnen ten gevolge van de interpolatiemethode en 25 cm als tolerans voor de afwijking in het midden der rechte verbindingslijn. Hierop zijn dus de sectiegrenzen en de intervallen A x respec tievelijk A y gebaseerd. Voor kleinere kaartschalen hadden secties en intervallen groter genomen kunnen worden. Het rode patroon is aldus verdeeld in 29, het purper patroon in 28 secties. De gang van de berekening van een sectie kan thans worden behandeld. Nemen wij een sectie in de midden zone; waarvan de grenzen gevormd worden door de y„ en de y« lijn, de Lo en de L,. lijn, terwijl de intervallen Ay en AL vaststaan. De berekening zal dan aanvangen met de x'0.0 van het vlakke hyperbolenpatroon en de cv0-0j de correctie naar het decca patroon, waarna x'o.c en cv„.e volgen. De interpolatie van cv langs de yo-lijn geschiedt volgens de lineaire formule cv„., q», zodat thans de factoren po en q0 kunnen worden berekend. Hierna

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1959 | | pagina 26