LANDMEETKUNDE
Prof. R. ROELOFS,
Beknopt voorlopig verslag van de waarnemingen,
verricht op het geodetisch-astronomisch station
„Muizenberg" op Curasao
I. Inleiding
Het geodetisch-astronomisch station „Muizenberg" op Cura9ao,
dat gedurende 17 maanden, nl. van augustus 1957 tot en met decem
ber 1958, heeft gewerkt, was één van de Nederlandse bijdragen tot
het Internationaal Geofysisch Jaar. De vrij kostbare onderneming
werd mogelijk voornamelijk dank zij een subsidie van de Neder
landse Organisatie voor Zuiver Wetenschappelijk Onderzoek en
verder door medewerking van de Technische Hogeschool te Delft en
verschillende particuliere instanties. Schrijver had de algemene,
wetenschappelijke leiding, terwijl de plaatselijke leiding in handen
was van Ir. J. Rolff. De waarnemingen werden verricht door laatst
genoemde en Ir. A. C. Scheepmaker, beiden geodetisch-ingenieur,
en gedurende het laatste halfjaar incidenteel ook door twee plaatse
lijk aangeworven en opgeleide krachten. Ir. Rolff en Ir. Scheep
maker voerden ook de berekeningen uit, daarbij geassisteerd door
een rekenaarster en gedurende enige maanden ook door een jonge
man, die de Kadastrale dienst van de Ned. Antillen daarvoor Voor
halve dagen ter beschikking had gesteld.
Met de omvangrijke voorbereidingen werd twee jaar vóór het
Internationaal Geofysisch Jaar reeds een begin gemaakt. In decem
ber 1955 maakte Ir. Rolff een verkenningsreis naar CmcUjao.
Een groot deel van de voorbereidende berekeningen, t.w. het
berekenen van de sterprogramma's voor de gelijktijdige breedte- en
tijdbepalingen uit gelijke stershoogten, werd uitgevoerd door het
Mathematisch Centrum te Amsterdam. De sterprogramma's voor de
mei idiaanmetingen werden opgesteld volgens een nieuwe, in Delft
ontwikkelde methode (litt. nr. 5).
Het doel, het programma der waarnemingen en het instrumen
tarium zullen in het volgende slechts kort worden besproken,
omdat daarover reeds publikaties zijn verschenen; men zie de
litteratuurlijst aan het einde van dit verslag.
Omdat de waarnemingen deel uitmaken van een internationaal
programma, kan een volledige analyse van het materiaal slechts
worden verricht op de centra, die de waarnemingsresultaten van
alle deelnemende stations ontvangen; dat zijn het Bureau Inter
national de l'Heure in Parijs voor de sterwaarnemingen en het
Naval Observatory in Washington voor de maanfoto's.
Een analyse per station kan dus niet anders dan beperkt zijn,
hoogleraar aan de Technische Hogeschool te Delft